vrijdag, december 04, 2015

Circle of Influence

De cirkel van invloed, kent u die uitdrukking? Dat betekent zoveel als een "gebied" waar je echt invloed uit kunt oefenen. Door dingen te doen, te zeggen, te veranderen, te laten misschien wel.
Daaromheen hangt een cirkel van "concern". Alles wat daarin gebeurt raakt je wel op de een of andere manier maar als de scheidsrechter bijvoorbeeld z'n dag niet heeft of bepaalde tegenstanders wél, ligt dat buiten je invloedssfeer. Je moet daarmee dealen - en dat dealen ligt wel in het bereik van je mogelijkheden.
Voor het al te abstract wordt kijken we met enig plezier en met enige frustratie terug op een paar wedstrijden in het recente verleden. De thuiswedstrijd tegen US - die van de minuut stilte - kenmerkte zich door een aanvallend heel behoorlijke eerste helft. Onze aanval liep goed door goed te bewegen en doordat we onze opties ook zagen.
De aanval van Us liep ook goed en de ploegen bleven dus dichtbij elkaar. Wat konden we doen om meer voordeel te halen?
Nu hoeven wij als coaches niet alles voor te kauwen en dat is fijn. Samen kwamen we voor de tweede helft met het plan om in plaats van op 7,25 meter nu standaard op 8 te gaan verdedigen. Niet de bal laten aannemen waar gedreigd kan worden met een driepunter en van waar vervolgens een drive of een snijbeweging effectief wordt.  75 cm: 1 stapje? Dat is een opwaardering van minder dan 10% en het is een geweldige uitbreiding van de invloedssfeer. Dat het dan ook nog werkt, is natuurlijk ook weer afhankelijk van het "dealen" van US. Zo is sport.
En vorige week drong Das op hun beurt diep door in onze circle of concern. Gedragen door hun slimme en een beetje ongewone delftsblauwe muur, hielden ze ons de hele wedstrijd uit ons spel. Wij gingen niet goed om met de omstandigheden. Misschien zagen we wel wat we konden doen maar we deden het niet. We zaten meer in de circle of concern ("waarom zien de scheidsen onze p's wel en die van hun niet?" "We kunnen ze toch meteen 1-1 verslaan en dan gaan we naar de basket en dan gaan ze er niet in." "Delft uit, altijd lastig.") dan dat wij hun pijn gingen door goede screens te zetten en scherp te snijden en iets minder te vechten en meer te spelen. (We noemen dit nu, met een knipoog vanuit de Golden State Warriors: een beetje meer "Curry".)
Het is wel de promotiedivisie, he? Iedereen kan van iedereen winnen. Spannend is het altijd en 10% uitbreiding van invloedssfeer is dan al heeeel veel.

woensdag, november 18, 2015

Sport in tijden van verwarring

Na vrijdag de dertiende leek het sommige instanties wenselijk om niet teveel mensen bij elkaar te krijgen. Voor de veiligheid. Sport is in principe iets wat de mensen bij elkaar brengt, dus rondom Parijs werd er ook niet gesport. Nou stonden de hoofden daar ook niet naar. Ongeveer de helft van de sporters die ik ken hadden hun hoofden van buiten en van binnen Rouge, blanc et bleu gekleurd. De andere helft wilde ook gedachten over Beirut en Bagdad erbij betrekken en dat was ook mooi. Let’s face it: bekend en dichtbij raakt je meer: bijna iedereen herkende deze straten waar het nieuws vandaan kwam wel. We weten wel bij benadering hoeveel ambulances er elke dag rijden maar als je bij jou door de straat een zwaailicht ziet gaat er een schok door je heen. 
Op andere plekken in Europa werd er stil gestaan alvorens de nabijheid van de tegenstander op te zoeken. De tegenstander werd even medestander. Mij deed het wel wat en ik denk iedereen wel. Ik heb dan ook helemaal geen berichten gehoord over rellen bij sportwedstrijden afgelopen weekend. Het besef dat sport verbroedert was even weer wat belangrijker dan winnen of verliezen. We weten allemaal weer waar we het voor doen en sportbeleving krijgt ook de extra betekenis van laten zien wat het leven leuk kan maken en zin kan geven. 
Onze wedstrijd ging dus door en was een speciale beleving en dan is het niet doorgaan van het feestje in Hannover extra akelig. Hoe eerder de sportcompetities in Syrië weer beginnen hoe liever het me is. Extra aandacht in de wederopbouw – zo gauw we daaraan toe komen – voor velden, banen en hallen. Liever ballen dan bommen. Shoot hoops, not people.

maandag, november 02, 2015

Mojo-kintsukuroi


Wij denken vaak dat een fout het eind van de wereld is en dat de kunst is om alles heel te houden en we vergeten vaak dat de fout, de vergissing, de barst juist het begin van iets mooiers kan zijn.
Ik wil niemand aanraden om de blunder te begaan die ik heb gemaakt, een poosje geleden. Ik kan heel slecht tegen verlies, zeker als ik aanknopingspunten zie waarmee we hadden kunnen winnen. 
We verloren, een beetje tegen de verwachting in, dat deed zeer en ik had een dag later een analyse gemaakt van een combinatie van fouten die mijn team had gemaakt en ik was op zoek naar de oplossing. Hoe kunnen we de mensen die in vorm zijn, op schot, in de zone, gefocust en gemotiveerd, beter gebruiken als het niet zo goed gaat? 
Die vraag - want een antwoord heb je niet zo een-twee-drie - hield me bezig toen medecoach Pieter op de app vroeg hoe het gegaan was. Nu komt de blunder - doe dit thuis nooit - ik appte, een beetje gehaast en  voor de vuist weg terug.
Hoe stom kun je zijn want je moet weten als coach dat de nuance in zo'n berichtje ver te zoeken is. Een app is geen blog. Ik was slordig in mijn woordkeus en het bericht werd meteen anders begrepen dan ik bedoelde. 
Geloof me, als ik zeg dat ik dit nooit weer zo doe. Ik probeerde het anders te verwoorden, mijn gestuntel goed te maken maar het was al te laat. Onze Mojo, die we zo hoog hebben en die natuurlijk door het verliezen al een tik had gehad, viel in scherven. 
Geloof me dat ik heel slecht heb geslapen en geloof me, ik was de enige niet. Ongetwijfeld had ik zelf minder last van mijn stomheid dan de personen waarvan ik het vertrouwen had beschaamd. Maar fijn was het niet. Dit was wel een hele verzameling scherven En hoe krijg je het dan weer heel? 

Ik geloof normaal wel in foutjes, ik hou van oneffenheidjes, rafelrandjes en dingen die gerepareerd kunnen worden. Een leren lap op een jasjesmouw, een vloer waar een stukje hout in wordt gezet van net een afwijkende hardheid of kleur, een pleister op een knie.
Tekenen van wear en tear, tekenen van leven zijn het. 
De Japanners zijn het met mij eens en ze hebben er zelfs een woord voor dat voor een hele kunstvorm is gaan staan: een kapot gevallen kopje wordt niet weggegooid - de scherven zijn een aanleiding om iets mooiers te maken. Dat doen ze met goud en zilver en het levert de prachtigste effecten op. Kintsukuroi heet dat.

We hadden een gesprek met het team. Picking up the pieces. En het was een goed gesprek. Iedereen kon haar zegje doen, de coach kon de speelsters er weer bij aankijken. Ik voelde me erna weer behoorlijk goed: ik wist weer waarom onze Mojo zo goed was geweest. Dat komt in de eerste plaats door de speelsters zelf. Ze klikken zonder te klitten en ze praten ook echt met elkaar, ze zeggen wat ze bedoelen en luisteren naar wat de anderen bedoelen.

De scherven werden zorgvuldig opgeraapt bij elkaar gelegd en klikten weer mooi aan elkaar. We trainden weer een week om beter te worden en versierden zaterdags de naden met een zilveren randje tegen Grasshoppers voor de beker en afgelopen weekend kreeg de Mojo weer wat meer glans door een van diep weggehaalde overwinning tegen DAS. 

We zullen best nog wel meer dompers en blutsen en deuken krijgen dit seizoen maar we hebben ook weer een mooi kunstje geleerd waar we dan ook weer veel aan zullen hebben. We kunnen echt iets moois maken uit iets wat in duigen valt. 
Zo het 't zeten, zeggen de Grunnegers dan.
Mojo-kintsukuroi zeggen de Uilen met de Japanners.

maandag, september 28, 2015

Forming and norming

Er staat een nieuw uilenteam op de vloer. En ook een oud. Old is old and new is new and somehow the twain must mix. Omarm het nieuwe en behoudt het goede... doe het maar allemaal als coach.
We hebben cultuurdragers die het "hoe we het hier doen enzo" overbrengen op de rookies. Dat is fijn.
We hebben rookies die geweldig rennen en vragen stellen zodat we er allemaal over na moeten denken.
We staan aan het begin. De diverse combinaties worden uitgetest, het wisselschema gaat op de kop. We moeten ons opnieuw formeren.
We proberen het interne coachen van de ervaring aan de jeugd bijvoorbeeld niet aan één persoon over te laten. In de wedstrijd lukt dat, in de training vergis ik me nog wel eens. Aan de ene kant denk ik dan dat er een mooie uitdaging ligt, maar aan de andere kant levert dat nog wel eens wat frustratie op, die weer ten koste gaat van de sfeer en het ritme en dat zijn toch juist onze sterke punten.
Ritme an sich; ook zo'n dingetje: meer mensen op trainen en minder baskets betekent iets langere beurten voordat jou schot weer loskomt. Heel game-like, vind ik aan de ene kant - daar tegenover staan weer iets lagere scores en dus minder zelfvertrouwen? Deze coach wil nou net niet alles regelen.. maar toch is die keerzijde ook heel waar. In elk geval maakt dit me wel heel bewust dat ook van mijn inzet het uiterste gevraagd wordt.
Wat dit seizoen sowieso anders maakt dan het vorige, is dat we nu echt diep kunnen gaan op de training en dat we nu bijna altijd 5-5 kunnen oefenen. We zijn merkbaar veel verder dan vorig jaar om deze tijd.
Wat dit team meeneemt, is het ongekend goed reageren op vragen. Wat gaat er goed, wat niet, wat moet er gebeuren? Wat vraagt dit moment? Ik heb sinds de mannen in de seizoenen 81-84 eigenlijk nooit meer zo'n bewustzijn in het veld meegemaakt.
We hebben ook een nieuwe coach op de bank. Afgelopen zaterdag zijn eerste wedstrijd met ons team. Ging meteen prettig. Hij signaleert dingen die ik niet gezien heb of die door zijn inbreng duidelijker worden. En hij doet ook voorstellen: na een geslaagde aanval die eindigt in een score, zegt hij bijvoorbeeld: "in zo'n situatie zou een press-je goed kunnen!"
Dat vind ik ook en ik heb net tijd om te zeggen: "moet jij nu eens opletten!"
Sommige dingen hoeven we niet te zeggen. Zo'n team, bedoel ik.

zondag, augustus 30, 2015

de vloer op

Wat lekker om al zover te zijn, in augustus.
Vorig jaar wisten we nog niet eens of het het begin van het seizoen wel zouden halen..
Nu hebben we er al zo'n twaalf uur samen op zitten, de inbreng van het nieuwe, jonge spul weldadig laten inwerken en zelfs al aan sfeergevoel gedaan, in een ouderwets legendarisch gymzaaltje getraind en bij een vuurtje gezeten.
En we hebben al behoorlijk out of the box getraind ook... Een persoonlijke ontboezeming: ik heb deze zomer een bijzondere stap gezet. In de week dat we vroeger het NDBC deden, zette ik mijn gezin altijd af in het bos in Drente voor een weekje buitenkunst. Ook na het ter ziele gaan van onze versie van het noordelijkste basketball camp van Nederland, bleef dat een traditie. Na verloop van tijd ging ik zelf ook meedoen aan beeldende workshops, een paar jaar geleden voor het eerst afgewisseld met creatief schrijven. Zingen, dansen, toneel kon ook..... dat is niet mijn ding.
Tot deze zomer: de beschrijving van de bewegingstheaterworkshop "viewpoint methode" deed mijn voelhorens omhoog gaan. Bewegen in groepen volgens procedures, losse protocollen, principes. Dit ging om spelen in heel brede zin! Dit was hoe wij met onze teamsport ook samen zouden kunnen werken! Dit was toegepaste splitvision! Of toch niet? Zal ik wel of zal ik niet?
Ik heb een dag "raar" gedaan... en een heleboel ervaringen opgedaan, die alles met spelen te maken hebben.... Als het uitzaaien van die ervaringen ons de helft op gaan leveren van wat ik nu denk dan wordt het een heel mooie oogst. We passen al energie (of love) door, we gaan al "coalities" aan, we spelen al, dat we al drie maanden in training zijn.... en het eind is nog niet in zicht: De laatste dag van Buitenkunst heb ik namelijk ook nog aan "echt" toneel gedaan en ook daar kom ik nog op terug.... en de muziek - ook niet helemaal mijn ding- is weer de volgende stap.. we zijn nog lang niet uitgespeeld.
Ready for curtain, uiltjes? De vloer op?

vrijdag, juli 17, 2015

Billballogrammen

Bill deed het op zijn manier. En altijd vond hij wel mensen die het op zijn manier wilden doen. Een tijdje liepen ze mee aan de hand van de "guru". En dan werd het wel eens teveel Bill's manier en dan gingen ze hun eigen weg. Meestal om dan later nog eens om te kijken en te zien dat het bij Bill toch ook goed was geweest. Hij drukte zijn stempel op de explosieve groei die basketbal in Stad doormaakte in de jaren 70 en 80. Bill Pijl is er niet meer. Aan Bill's hand kan niemand meer zijn weg vinden, met warmte omkijken is makkelijk.
Ik heb eigenlijk nooit in Bill's kamp gezeten, in elk geval niet toen ik jong was. Want ik deed het ook op mijn manier, hoewel ik niet echt een manier had. Wel anders. Je was van BVG of tegen BVG. Mijn makkers van het "Groninger Coaches Kollectief" (met een K, ja) kregen wel eens een sneer in een "Billballogram", zoals Bill zijn tweets avant la lettre in het programmablad van BVG noemde. En daar reageerden wij dan weer op. Om een eigen manier te ontwikkelen, helpt het ook heel erg als er iemand is, waar je het niet mee eens bent.
Ruim tien jaar geleden gingen we opeens samenwerken op enkele trainerscursussen. Hij, als leraar, functioneerde als specialist en ik, als specialist, moest me richten op het lesgeven van de kandidaten voor de BT4 cursus. Voor ons allebei was dat even wennen en aan elkaar als partner moesten we ook wennen. Maar toen we bij elkaar zaten bleek een grappige parallel, toen we bij hem thuis zagen dat we allebei op dezelfde manier met onze Amerikaanse literatuur omgingen: Bill schreef veel op over het spelletje en ik ook. Bill las veel praatte veel en bleef altijd denken. ik ook. En wat helemaal grappig was: allebei hebben we altijd de stofomslagen uitgeknipt en op de linnen kaften geplakt. Dan kon je de boeken ook echt gebruiken, vonden we en dan konden ze in de sporttas.
Vanaf het moment dat we dat zagen, was het ijs gebroken en hebben we vervolgens ook uitstekend samengewerkt in die trainerscursus. Ik moet hier voor mezelf spreken maar ik denk dat we zelf nog het meeste van die samenwerking hebben opgestoken.
In elk geval bleef daarna altijd de waardering voor elkaars eigen weg - soms met een venijnig grapje -  altijd met een hand en een blik van verstandhouding.

zaterdag, juli 04, 2015

kleding en sieradenlijn?

Het moet maar eens gaan over sportkleding. Ja daar is aanleiding toe door de kijksport bikinivolleybal. (Even terzijde: voor de inspanningen heb ik respect: het spelletje wordt in rul zand gespeeld, waar je heel goed voetenwerk van krijgt, wist u dat? Ik kan me herinneren dat we met Olympia vroeger wel eens een verspringbak hebben gemaltraiteerd... of was dat echt met Uilen?)
Maar we zouden het over kleren hebben.. of het gebrek daar aan.
Een paar weken geleden had ik het met een collega vrouwencoach (geheel toevallig een volleyballer) erover hoe serieus basketball voor vrouwen genomen moet worden. Niet. Vond hij. Als het een serieuze sport was, dan hadden we er wel kleding voor ontworpen, was zijn argument. Daarom krijgt de RUG trots op volleyballgebied een mooie shirtsponsor en moeten de Uilen hun geld op festivals verdienen.

Dit argument had ik nog nooit gehoord... Maar het zette me wel aan het denken en aan het zoeken. Mijn meiden zijn op de hoogte van dit soort dingen en wezen fijntjes op de strakke "onesies" van de Australische basketballploeg en ze beweerden zelfs, dat de Russinnen tegenwoordig in rokjes spelen??? Werkelijk? Net als de (in Nederland) hoogst serieus genomen hockeysport?
Kunt u zich hierbij iets voorstellen? Mijn meiden wel...

Sinds een paar jaar - hoezo basketball in Nederland ontwikkelt zich niet? - is het bij de studentenclubs gebruikelijk met een "lelijke shirtjes-training" het seizoen af te sluiten.
De trots van het Noord Nederlandse basketball, presenteerde hier een geheel eigen visie, door in  jurkjes op te komen draven. (En ja dat hebt u goed gezien: dat ene schattige meisje met baard is gewoon een man, ons onvolprezen trainingsbeest Munky)
Of er een nieuwe kledingsponsor voor de Uilen gevonden was, kopte Ibasketball, een site voor liefhebbers. Nog niet, maar dat willen ze wel graag. En daarbij zijn kortere broekjes niet uitgesloten. Over het aantal centimeters op de heup moet dan nog onderhandeld worden, maar als u belangstelling hebt, zou ik hoog inzetten... smal bedoel ik. Mijn zegen hebt u. Basketballbenen kunnen het daglicht heel goed velen..

Bikinibasketball zal het toch echter niet worden, als het ook nog een beetje aan mij ligt. In het laatste nummer van Psychologie Magazine staat namelijk dat vrouwen slechter presteren in weinig verhullende (lees: blote) kleding. Of het onderzoek de nu gangbare toets van wetenschappelijke integriteit kan doorstaan is twijfelachtig, maar getest is er en blote vrouwen bleken slechter in wiskunde.... Dat zou komen door het ongemak van zich bekeken voelen.
Wij gaan het doen volgens de formule: goed presteren > zelfvertrouwen over wat we laten zien > iets meer been omdat dat dan kan.

En over uiterlijkheden gesproken... weet u nog dat we het over de belangrijkste chemische component van ons spel hadden? Weet u wat de speelster in dat verhaal van haar vriendje als verjaardagscadeautje heeft gekregen? ...... een sieraad in de vorm van een molecuulstructuur..... u mag raden welke molecuul. en spieken in dit blog ergens in januari...

zondag, mei 10, 2015

Rebound rules

Overtuigende verhalen werken ook als ze niet helemaal overtuigen...
Voor de eerste wedstrijd in de final four was alles al gezegd: benchmark defense, niets te verliezen, plezier is ons grootste wapen... Na de wedstrijd van vorige week was er eerst denial: zo dik hadden we niet verloren, dat kon niet... maar tegen de laatste training zat de coach toch danig om een praatje verlegen. Hoe maak je het behapbaar en meteen duidelijk wat de essentie van de laatste pot zou zijn?
De vergelijking met rebounds drong zich op: de schutter hoeft niet te denken dat de bal mis zal gaan maar al haar teamgenoten bereiden zich wel meteen bij 'los"op het ergste voor.
We hadden gemist in die eerste wedstrijd, ondanks het goede gevoel van te voren, en gaan nu met z'n allen voor de rebound.
Coach Rick Pitino (nu Louisville, maar ook Knicks, Kentucky en  Celtics) heeft daar een boekje over geschreven dat al heel lang (nog steeds ongelezen) in mijn kast staat: Rebound rules. Het blijkt eigenlijk te gaan over het omgaan met tegenslagen en over comebacks.
Bladeren voor een ingeving en meteen in het voorwoord vertelt hij over een comeback in 15:30 minuten van een achterstand van 31 punten.. Dat kan natuurlijk geen toeval zijn.
Natuurlijk ga je bij zo'n achterstand niet als coach de knuistjes op elkaar laten leggen en vertellen dat je gaat winnen. Maar het gevoel dat een goede aanval een goede aanval uit kan lokken zeker met tussendoor een goede verdediging, dat gelooft een ploegje misschien wel. En voor de nerds in het team het rekensommetje: elke periode 8 punten inlopen levert 32 op. Ik vertel het de donderdag voor de wedstrijd en ontmoet welwillende halve glimlachjes, de meeste vooral ongelovig. Logisch.
En je weet hoe onwaarschijnlijk het is dat dat ook lukt... maar je weet ook dat hoefijzers boven de deur ook schijnen te werken als je er niet in gelooft..
In Amsterdam, tegen de thuis ongeslagen gebleven koploper blijkt dat we erin geloven. We geloven in onszelf en laten de Uilen zien zoals we dat het hele seizoen geweest zijn: tegen de verdrukking in, tegen elk redelijk denken in, doen we het weer: We geven onszelf de schoten waarop te rebounden valt, we zijn dus bij elke terugkaats-situatie en draaien de meeste in ons voordeel om. Tot de rust draaien we gewoon op dat onmogelijke schema en staan we 17 punten los. In het derde kwart passeren we onze grootste voorsprong: 22 punten. Zal het dan toch? Nou dat dan net niet: We winnen op grootste wijze met 58-48. Dat is niet genoeg voor de finale.
Rebound is geen sprookje: het is gewoon uitstekend gelukte non fictie. Een optelsom van willen, mouwen opstropen, geloven en kunnen. Met een bijzonder gevoel schrijven we zelf een slot aan een verhaal van een bijzonder seizoen. Met onze eigen regels van de rebound.



maandag, mei 04, 2015

ping pong, play offs en water

Een goede oud collega van mij is Jan Vlieg. Jan Vlieg was tafeltenniscoach en -orakel.
Hij beschreef eens, op een sportleidersvergadering, hoe hij de bevrijde Bettine Vriesekoop liet trainen in het Noorderplantsoen. Net zo vaak tegen de heuvel op als een game duurde en dat was toen tot de éénentwintig.... Het eerste klimmetje stond voor een puntje tegen een Belgische, dan eentje tegen een Duitse, een Poolse en aan het eind zaten de Russinnen, Japansen en tenslotte een paar Chinesen. Puntje voor puntje. Twee verschil aan het eind.

Puntjes; daar ging het ook om in de playoffs in de NBA tussen Spurs en Clippers. Basketballers vinden "twee verschil" iets voor mentale watjes. Big shots in game seven. Ik hou erg van het principe van play-offs. Spelen per hele wedstrijd, zo hoort het. Je hoeft een veldslag niet dik te winnen om hem te winnen. Dik verliezen maakt ook niet uit voor je volgende kans. Om het Nederlands kampioenschap bij de vrouwen is het na 3-0 nu 3-2 geworden, dus ook daar kan nog een zevende wedstrijd komen.
Ik zit als coach van de Uilenvrouwen toch een beetje met een kater. Bij ons één niveau lager, gaat het om de punten uit twee wedstrijden. Thuis dik verloren en dan begin je wedstrijd twee met een achterstand. Alsof je halverwege een veldslag onderbreekt en vervolgens van slagveld wisselt. Terwijl je weet, dat je op een goede dag van Amsterdam kunt winnen, al is het misschien maar met één punt.... en dat je dan dus niet kansloos zou zijn.

Even weer terug naar Bettine Vriesekoop. Mooi stuk over tafeltennis en Chinezen van haar hand in de Volkskrant waaruit ik graag even wil citeren:
"Pingpanqiu ..... past bij het zogenaamde 'waterige' Chinese denken. Waterig omdat de Chinese geest zich gemakkelijk aanpast aan alle omstandigheden, zich ervan bewust dat veel handelen in het niet-handelen zit. Zo efficient mogelijk, met zo min mogelijk energie, de tegenstander op het verkeerde been zetten, altijd vanuit het 'zhong', het centrum."
Lao Tse was een tafeltennisser, zeg maar. Maar ook een basketballer. Niet voor niets merkt Vriesekoop op, dat overal in China tienduizenden basketballpleintjes zijn ingericht (daar vast ook niet overal netjes...) Ik zie veel parallellen en voorspel dan ook een grote toekomst voor het Chinese basketball.

Mijn meiden zijn ergens ook wel waterig, vinden doorgaans wel het laagste punt in de verdediging en klotsen daar dan soepel binnen. Onze kans is nu klein, omdat we afgelopen zaterdag teveel speelden  als aparte flesjes water dat helaas pas na de wedstrijd, in de vorm van tranen samenvloeide. Komende week zullen we alles weer als één vormeloze plas bij elkaar gieten en dan doen we in Amsterdam toch maar alsof het nog één wedstrijd is.. Zoals het in basketball hoort.

maandag, maart 30, 2015

dingen die gebeuren

Het rommelt. Er gebeuren dingen in het team.
Ook dingen die echt voor het eerst gebeuren. We stonden als coaches werkelijk met onze ogen te klapperen: Je hebt van die competitieve oefeningen, waarbij de overschakeling naar de volgende fase in de oefening zit ingebakken. Wie het eerst komt het eerst maalt. Ik heb in mijn lange ervaring als coach nog nooit meegemaakt dat als twee speelsters het niet eens zijn wie het eerst komt, er toch eentje gaat malen en de ander gewoon stopt. Nou is die eerste wel een ratje..... maar toch snapt niemand nummer twee en de hele organisatie van de oefening piept en knarst maar gaat op de een of andere manier toch door.... We krabben eens op ons hoofd en kijken elkaar aan....
Iets anders wat bijna nooit gebeurt - dit ongelukkige geluksseizoen in elk geval niet - is dat we twee trainingen achter elkaar 5-5 kunnen spelen. Geweldig leuk en nuttig om de speelsters aan de ene kant te kunnen stopzetten en corrigeren en laten herkansen - en andere andere kant ze in teamverband in hun eigen sop te laten gaarkoken. Beide doen we in deze fase van het seizoen graag, maar onwennig is dat wel. Ze stoppen of ze laten soppen.... wat willen die coaches nou?
De teams mogen de ene keer hun eigen timeouts vullen, een volgende krijgen ze weer input... Hoe hard het moet zeggen we niet... ze merken het toch als de andere partij harder gaat? Het spel golft op training. Maar er is duidelijk ontwikkeling. Mag het overall nog iets harder? Ja. Moet de groep dat ook van binnenuit regelen? Graag.
Ook in de wedstrijd gebeurt dat. Nummer 2 Almonte uit Eindhoven komt voor het eerst op bezoek. We doen het nog steeds zonder Lies - voor het laatst hopen we - en we spelen eigenlijk heel goed. Een van de beste wedstrijden van het seizoen. En ook deze westrijd golft.. Delen hebben we de overhand, dan weer loopt Almonte opeens weer in of weg.
Tot op het laatst is het bloedspannend een schitterende run brengt ons twee voor met weinig op de klok. A whole new ballgame. Taktische beslissingen. Gefocust zijn op winnen is geen garantie voor succes. Een kleine vergissing met grote gevolgen. We krijgen de driepunter tegen en die gaat binnen. Het blijft een tactisch eindspel maar het valt net niet onze kant op.. 73-74.
Leerzaam - de ontwikkeling krijgt weer een zet - maar wel echt balen. Het vervolg op de competitie had zeker gesteld kunnen zijn maar is dat nu nog niet. De drie wedstrijden die nog zijn te gaan, gaan nog ergens om.
En nog iets wat nog niet eerder is gebeurd: de lokale TV kijkt mee! De reporter had een cameraman bij zich die een beetje op leeftijd was, zei hij.... Daarmee kon je nu eenmaal bij slecht weer geen buitensport gaan bekijken........ maandag op OOG.
op 11april weer in het WAS-theater: koploper US. Vast niet weer op TV. De thuisblijvers hebben nu alvast ongelijk.

zondag, maart 08, 2015

bekijken waard

Hee Grunnegers. Wist u dat het vrouwenteam van Groene Uilen echt het bekijken wel waard is? Er gebeuren steeds mooie dingen in de WAS en op de weg. Nu zaterdag laat de ploeg Top 4 concurrent Jugglers weer op onnavolgbare wijze de hielen zien. Een flinke voorsprong werd in de eerste helft opgebouwd met flitsend aanvallen en onverzettelijk verdedigen. 42-25 tegen een ploeg met zoveel ervaring, met meer lengte en met meer spierkracht was gewoon knap.
De tegenstander nog een keer 25 in de tweede helft laten maken en zelf tenminste 9 punten maken was het doel. Offense sells tickets, defense wins games. Zonder dat doel nou helemaal te halen..... haalde deze groep winnaars wel de eindstreep met een paar punten over. Spanning maakte het gemis aan flitsends in de tweede helft meer dan goed, dacht deze partijdige toeschouwer.
Maar misschien heeft die het wel mis. Want die tickets, daar wou ik het nog even over hebben.....
Een avondje DAS of een avondje Almonte wordt heel wat beter bezocht dan het gemiddelde avondje WAS... De alomtegenwoordige Kris "van de Uilen" was bij die belangrijke vrije worpen aan het einde verantwoordelijk voor het enige afleidende roffeltje.... Kris blij, vaders, moeders blij natuurlijk, wij rondom het team allemaal blij natuurlijk maar waar waren de supportersscharen? Het leek wel Hoofddorp....
Volgens mij verdienen de meiden meer bekijks. Elke wedstrijd is nog een evenement geweest met wendingen, opstandingen, voldoende oogstrelende, onwaarschijnlijke acties en magnifieke vergissingen. Ik zeg: Het bekijken waard, Grunnegers!

PS... deze staat op video... maar dat is toch anders.....

zondag, februari 08, 2015

topsportteam

Wanneer is een team een topsportteam?
Binnen de faculteit van de sport aan onze universiteit/hogeschool zijn we het daar niet over eens.
In tijden van overvloed aan trainingsmiddelen, studieduur en vrije tijd, hanteerden we (en bij "ons" hoorde toen ook iemand als Joop Alberda) de stelregel dat je dan ca 7 uur per week met de sport bezig moest zijn. Donar was topsport: als studententeam in de eredivisie trainden die 3 keer in de week 1,5 uur plus wedstrijd. Als Nationale Nederlanden Donar gingen ze naar 4 x per week.
Tegenwoordig is dat wat verschoven: mijn meiden trainen ook drie keer per week 1,5 uur, doen aan krachttraining, geven training en coachen lagere teams of zitten in bestuur of commissie: tenminste 8 uur per week direct betrokken bij hun (top)sport. Daarnaast moeten ze het hele land door reizen, om vervolgens op een zaterdagavond in het allerminst bruisende Hoofddorp een alleszins bruisende pot te spelen en te winnen. Twee-en-eenhalf uur heen en terug + twee uur spelen + omkleden = nog eens 8 uur.  Een topsporter moet ook perse na zo'n trip met de benen omhoog voor een groot deel van de zondag. De spelers van Donar hebben een contract, bij ons heet dat gewoon een spelerskaart. Dus ze betalen contributie en ACLOkaart dus tel daar nog maar wat gesleep in werkacties en gesjouw om sponsors af te lopen om al dat gereis te betalen bij en een week aan sport met uitwedstrijd is gerust 20 uur.
Je hebt ook een helweek zoals deze, waar we nu in zitten: drie wedstrijden in één week, waarvan die van dinsdag (!) 20.00 in Maassluis (bijna Engeland....) wel duidelijk maakt dat in elk geval de BasketballBond je wél als topsportploeg beschouwt....
En ondertussen zijn er gewoon wel stages, verplichte colleges, coschappen en tentamenweken. Ouders bezoeken, feestjes, vrienden... alles wat niet direct om sport of studie heen zit kun je wel vergeten.
En dan hoor je dus bij de beste 10 teams van Nederland in je eigen tak van sport, je bent het enige vrouwen team op enig niveau in Noord Nederland en dan is het oordeel van sommigen nog, dat je eigenlijk niet goed genoeg bent. Niet goed genoeg voor ondersteuning vanuit het profileringsfonds van een van beide hoger onderwijsorganisaties. Niet interessant genoeg voor sponsors of krant ook.

In mijn boekje is het wél topsport. En de meiden van mijn topteam gelukkig ook. Er moet wel iets tegenover staan.... we regelen het zelf wel; dus we staan er gewoon weer, in Maassluis, dinsdag. Toppers.


zondag, februari 01, 2015

streak met accent

 Je doet het perfect of je doet het niet! Een 10- is ook een onvoldoende! Only perfect practice makes perfect! De boog moet altijd gespannen staan! Ik geef altijd 110%! Je hoort dat soort kreten wel eens voorbijkomen.
Perfectionisme, het idee dat iets foutloos moet zijn en dat het anders niet goed is, kreeg je in de sport vroeger eigenlijk altijd wel mee. Bij mij veranderde er iets toen ik las over een goeie jongleur die er in slaagde om zeven ballen in de lucht te houden. Natuurlijk was hem dat niet aan komen waaien; dat had hij geleerd door veel te laten vallen. (boven een tafel, dat scheelt bukken) De jongleur beschreef zijn eigen drang naar beter jongleren, het meester worden over de ballen: "Perfectioneren van jongleren met 7 ballen vormt voor mij geen prikkel meer. Dan ga ik liever met 8 aan de gang of met het invoegen van andere voorwerpen: fakkels, appels, knuffels. Perfect is dood; ik wil verder." Het word "comfortzone" bestond nog niet, gelukkig.
Epke gaat straks voor vijfvoudig. Een hogere moeilijkheidsgraad levert meer op dan een 10. Basketballen is een onvergelijkbare grootheid in alle complexiteit en groei als speler heeft veel verschijningsvormen. Soms is simpeler beter, soms is meer keuze hebben een kwelling: essentieel is en blijft fouten maken. En dat dan het liefst op een hoog niveau. Falen bestaat niet; alles is feedback. Wat geeft een misser onder vrienden nou helemaal?
We bakken dat in, op de training. Als wij schieten, dan hanteren we de "accentregel": 7 "achter elkaar maken" maar dan mag er steeds best eentje tussendoor mis. Twee missers in a row betekent dan wel terug naar nul. We hopen dat dan gevoelsmatig het accent op het ritme van het schot en de uitvoering komt te liggen en dat het resultaat daaruit juist volgt. Op het schieten en niet op het maken.
Om ook een mooi schot te krijgen met een goede aanvliegroute, belonen we dan een "swish" (ringloos) met twee punten. "Ringloos = dubbel".
Eigenlijk is het schieten weer een metafoor voor iets groters, bedacht de andere helft van onze coaching staff: onze reguliere streak in de promotiedivisie was vorige week dan gestopt tegen US op zeven maar als het bij één misser tussendoor blijft, dan is de streak volgens het principe hierboven toch nog intact? We gaan zo door, lijkt me. Verder.

En misschien is een buffeloverwinning zoals zaterdag op een team als Baros (73-60) dat ook aanspraak maakt op een top vier klassering zelfs wel ringloos en dus dubbel.....?

woensdag, januari 21, 2015

Scriptie met bijlage



We wisten natuurlijk waar Thijsje Oenema toe in staat was. We zagen ergens in 2014 haar benen in de krant beschreven. Ze schijnt last te hebben om een passende spijkerbroek te vinden; er is een directe relatie tussen power in een schaatsbeen en centimeters omtrek.



Ze heeft geen last van motivatieproblemen op schaatsgebied, nadat haar Olympische jaar vorig seizoen in de soep liep. En dat ze het, met moeite, weet te combineren met haar studie, weten we sinds dit weekend ook. Eigenlijk moest ze voor het weekend een scriptie inleveren. Nu kun je echter bij het ontwikkelen van zulke benen, wel aan je financiële studie denken, maar schrijven wordt toch lastig tijdens het squatten…..

Wegens het naderend Nederlands Kampioenschap Sprint kwam ze toch iets in tijdnood en dus wordt de scriptie vandaag ingeleverd met als bijlage de uitslag van de 500 meter van zaterdag. We mogen aannemen dat de docent over zijn hart strijkt. Je gaat de Nederlands Kampioene toch niet voor het blok zetten?

We gunnen haar, als ambitieus sporter natuurlijk een goed cijfer, we begrijpen haar afleiding en verwachten natuurlijk enige coulance van de docent. Maar als ze nou tweede was geworden, of derde? Was haar voorbereiding dan anders geweest? Verdient ze dan voor het hele proces van combineren van topsport en studie niet ook handreikingen? Zeker.

En dan even verder: al die andere ambitieuze topsporters aan universiteit en hogeschool, die eenzelfde proces doormaken? Net zulke krachtige benen hebben?

Maar geen Nederlands kampioen schaatsen worden of geen Europees kampioen dammen of niet de hele wereld verbazen aan de rekstok?

Ik zou minder in het oog springende toppers ook wel eens een kopie van het scoreformulier willen zien inleveren, als bijlage bij een tentamen.. Thijsje verdient het immers ook.

zaterdag, januari 10, 2015

Niet op de dopinglijst

De Mojo van het eerste vrouwenteam van Groene Uilen is aanzienlijk versterkt de laatste maanden. En wel hierom: Resultaten spelen een grote rol. Het gezamenlijk ervaren van positieve gevoelens helpt enorm. Dat is momentum, flow of winnaarseffect. Fijn om dit mee te maken.
En wat doet een coach eraan? Laten gebeuren. Het team doet het zelf: Bij het smeden van een teamband komen biologische aspecten boven: De drug oxytocine doet haar werk. Oxytocine is een hormoon dat bij alle zoogdieren wordt aangemaakt en uiteindelijk de soort helpt bij het voortbestaan om het zo maar te zeggen. We noemen het ook wel knuffelhormoon: bij positief onderling contact, zoals bij aankijken, aanraken, knuffelen en vrijen wordt het aangemaakt. Seksuele opwinding verhoogt de oxytocinespiegel enigszins, maar bij een vrouwelijk (clitoraal) orgasme komen grote hoeveelheden oxytocine vrij en wel meer naarmate het orgasme als beter wordt ervaren. Een hoog oxytocinegehalte wordt geassocieerd met een gevoel van vertrouwen en verbondenheid. 
Het achterliggende werkingsmechanisme is waarschijnlijk dat oxytocine stress vermindert  Dat is ook te merken: de verliefdheid van een van de speelsters laat haar in elk geval presteren als nooit tevoren én maakt het hele team op een grappige manier gezellig en daarmee verbonden. Oxytocine wordt al aangemaakt bij vriendelijk aankijken, immers. En het eind is nog niet in zicht.
Minder stress betekent een afremmen van het “Fight, Flight, freeze” effect en daardoor beter werkende oplossende vermogens in het brein dus meer kans op goede beslissingen en daardoor een grotere kans op winnen - bijbehorende goede gevoelens - meer oxytocine - betere band enzovoort. 
Vanavond, 10 januari 2015, 20.00, de bekerwedstrijd tegen eredivisionist Dozy Den Helder. Winnen hebben we voor vanavond, ongeacht de uitslag, geherdefinieerd als “er beter, sneller, slimmer uitkomen”. En dus met meer knuffelhormoon want daarvan willen we nog steeds meer. Legale doping!

Met hartelijke dank aan wikipedia, 


Kaj