zaterdag, september 17, 2022

Kick off... or?



Er is weer aardig wat afgetrapt bij de RUG. Het Academisch jaar, al spreken we daar netjes van openen. Iets openen kan ook nog wel een verrassing zijn, maar bij het Academisch Jaar weten we wel zo’n beetje wat er gebeurt. Queen’s Gambit of Schönfeld-Indisch als opening, daar ligt een doorgewinterde zwartspeler niet waker van. Voor het grootste deel weten we wat er gebeurt. Niet zo verrassend. 


Maar dan weer even later moest het toch spannender. Door de activiteiten “Kick off” te noemen, hebben we meteen de internationals binnen en is het sportieve karakter ook direct duidelijk. 

We beginnen aan iets waarvan we hopen dat we er iets mee winnen. We zullen daarbij zweten! Het langverwachte bouwproces van het nieuwe Sportcentrum werd afgekickt. Hoera. 

Vervolgens, want de eerste vijf jaar moet het ook nog een beetje leuk zijn, werd ook het nieuwe buitenplein geopend. Dat gebeurde echter niet door iets met de voet aan het rollen te brengen, maar met een ietwat gehyped overslagspel. (hopelijk heeft Hans Biemans meer verstand van ping-ping….)


Slechts een halve week later kreeg de start van de samenwerking van de University Services ook die aanduiding Kick -off mee. We gaan met dingen beginnen!


Maar toch…. Kick off van services…. Hier gaan we even op kauwen met uw welnemen. De aftrap, die het begin van een voetbalwedstrijd markeert is toch in eerste instantie iets interns.. Je probeer de bal in de ploeg te houden en je hebt een doel voor ogen. Maar een service is echt een vorm van dienstverlening aan de tegenpartij. Proeft u het verschil? Was hier dan geen sportief begin bij mogelijk geweest? Met een University Servicekanon of zo?


De metafoor van de sportwedstrijd heeft natuurlijk altijd ook iets van inzet, van (over)winnen in zich. Maar toch moeten we misschien eens nadenken over wat we een start noemen. 

Hoe een gebouw eruit gaat zien, dat weten we nog niet precies, en zelfs het programma van eisen (de spelregels) is nog niet helemaal duidelijk. Hoe het met de Universitaire Dienstverlening zal gaan is ook nog heel ongewis, al beginnen we met goede moed. Sport is leuk, zeker. En vaak een mooie metafoor voor het leven. 


Openingen? Daar zijn bibliotheken over geschreven. Pas aan het eind wordt het leuk

Kick offs? We weten waar we heen willen. Het doel is duidelijk omschreven.

Een Service? Dienstverlening! Maar we streven naar een ace.

Het is in elk geval duidelijk dat het om de feestelijk markering van iets nieuws gaat. Dat is wel de  essentie en feestjes kunnen we -zeker als we samen moeten gaan spelen- nauwelijks genoeg vieren. 


het leven is op zich weer een metafoor voor basketball. Maar daar begint het ook anders. Niet met een opening, niet met een service, niet met een aftrap, maar met een sprongbal. De bal wordt opgegooid tussen twee spelers, eentje van elk team. Je weet nog niet welke kant het opgaat, maar de klok loopt vanaf de tik. We beginnen ergens mee: we springen feestelijk in het ongewisse? Let’s have ourselves a jumpball! 


https://www.youtube.com/watch?v=eQ4xr2fOxvk



zondag, juni 12, 2022

Goed toernooi is een hele competitie waard

 De GNSK 22 konden eindelijk weer eens. Groningen is nog altijd serieus met de deelname en de begeleiding. Het was mooi dat het weer kon en volgend jaar wordt het nog weer beter.

Deze versie had natuurlijk veel mankementen. AFAS, als sponsor en vormgever van de digitale inschrijfsystemen... Kan niet anders dan dat daar wat fout gaat... En natuurlijk: Het is ook lastig om zoiets na drie jaar voor het eerst weer voor mekaar te krijgen. Het is een raar seizoen, qua rek, er heeft nauwelijks mond op mond reclame plaats gevonden, voor sommigen is het ook vooral een gezellig uitje. 

Natuurlijk. Maar dit soort toernooien ( Daar zijn er niet zoveel van.... Bij het Gumit en andere studententoernooien gaat het nergens meer om...) gun je elke zich ontwikkelende sporter. Er staat een heus kampioenschap op het spel, zelfs mogelijk met uitzending naar Europese Studenten Kampioenschappen. (Portugal volgend jaar, daarna Odessa?)

Dan de foutjes eruit halen, zodat de organisatie ook weer echt op de sport gericht is.(zoals om negen uur op zondag spelen, terwijl je aan de andere kant van de stad slaapt en om acht uur pas het ontbijt is en er geen vervoer is geregeld van slaap naar speellocatie.. dat soort dingen kan niet...) En voila: je hebt weer een toernooi waar je voor gaat. 

Een toernooi van een paar dagen, dat een platform biedt om met andere mensen in korte tijd iets serieus' neer te zetten.  Een zeer waardevolle leeromgeving, waar je spelers een poos bij een hebt, waar je kunt leren een rol te spelen en je een serieuze prestatiesporter kunt voelen.

 Ik ben er graag nog een paar keer bij. Volgende keer nog een serieuzere voorbereiding: Selectie, training, oefenwedstrijd tegen aansprekende tegenstander, en dan zo'n toernooi. Ik durf de stelling wel aan dat die bijna een hele competitie waard kunnen zijn.

maandag, april 25, 2022

Nog lange nait

Het was halverwege augustus van het jaar 1957; het bestuur van GSBV de Groene Uilen ging voor de allereerste keer een basketball-seizoen voorbereiden en op een steenworp van de kroeg waar dat ongetwijfeld gebeurde, versmolten tot tevredenheid van mijn ouders, de samenstellende delen van mijn DNA. 

Ik was er dus net niet bij. Maar ergens ook wel. Ik had nog geen besef van basketball. Het bestuur ook nog nauwelijks. De kennis over basketball kwam uit het korfbal, Groene Uilen waren studenten van de gezelligheidsvereniging Unitas. Daar was het echt gezellig en daar hoefde dus niet ontgroend te worden en de sporters van die club speelden dan ook in hun opgelapte groene shirtjes in een totaal verzuild landschap tegen de ontgroende ballen van Vindicat (Donar) de Katholieken van Albertus (volgens mij: de Slingeraap) of de Gristenen van Vera.. 

Mind you: Het Sportcentrum was er nog niet eens. Er werd gespeeld in de Korenbeurs tussen de gietijzeren palen en op de gerstekorrels of in de Groentenveiling, slippend op koolbladeren. 

Zoals gezegd ik wist niks van basketball totdat ik een juf kreeg die bij Boreas speelde en een “SuperK” meenam naar gym. Maar het Studentenbasketball groeide en bloeide. Vera en de Slingeraap werden samen ENOS, oftewel de Eerste Nederlandse Oecumenische Sportvereniging. 

Toen kwamen de jaren zeventig en Uilen puberde en ik ook
. Helaas heette Boreas nu Olympia, was Enos (nu zonder puntjes) het landelijk spelende vlaggeschip. En nadat Donar de studentensport vaarwel had gezegd, ontstond uit de resten daarvan Moestasj. 

Nu kwam de basketballkennis inmiddels uit moeilijk te vinden boeken en van cursussen. Laat uw dienaar in 1980, net als Uilen net volwassen, toevallig net genoeg diploma’s en boekenwijsheid opgedaan hebben om aantrekkelijk genoeg te zijn voor het begin van een mooie relatie…

Na 42 jaar zijn we nog steeds samen. Saai is het nooit geworden. Verre van dat.  De club heeft elk niveau gehaald, ENOS en Moestasj opgeslokt, kampioenen gebaard en nog steeds meer aantrekkingskracht dan ze aan kan. Dus ik ben ook nog steeds dol op haar… ook nu de basketballkennis van internet en soms van de wind lijkt te komen, en de club 65 is geworden, gaan we nog niet met pensioen. En nog niet scheiden ook. Nog lange nait!


coach Kaj