woensdag, november 18, 2015

Sport in tijden van verwarring

Na vrijdag de dertiende leek het sommige instanties wenselijk om niet teveel mensen bij elkaar te krijgen. Voor de veiligheid. Sport is in principe iets wat de mensen bij elkaar brengt, dus rondom Parijs werd er ook niet gesport. Nou stonden de hoofden daar ook niet naar. Ongeveer de helft van de sporters die ik ken hadden hun hoofden van buiten en van binnen Rouge, blanc et bleu gekleurd. De andere helft wilde ook gedachten over Beirut en Bagdad erbij betrekken en dat was ook mooi. Let’s face it: bekend en dichtbij raakt je meer: bijna iedereen herkende deze straten waar het nieuws vandaan kwam wel. We weten wel bij benadering hoeveel ambulances er elke dag rijden maar als je bij jou door de straat een zwaailicht ziet gaat er een schok door je heen. 
Op andere plekken in Europa werd er stil gestaan alvorens de nabijheid van de tegenstander op te zoeken. De tegenstander werd even medestander. Mij deed het wel wat en ik denk iedereen wel. Ik heb dan ook helemaal geen berichten gehoord over rellen bij sportwedstrijden afgelopen weekend. Het besef dat sport verbroedert was even weer wat belangrijker dan winnen of verliezen. We weten allemaal weer waar we het voor doen en sportbeleving krijgt ook de extra betekenis van laten zien wat het leven leuk kan maken en zin kan geven. 
Onze wedstrijd ging dus door en was een speciale beleving en dan is het niet doorgaan van het feestje in Hannover extra akelig. Hoe eerder de sportcompetities in SyriĆ« weer beginnen hoe liever het me is. Extra aandacht in de wederopbouw – zo gauw we daaraan toe komen – voor velden, banen en hallen. Liever ballen dan bommen. Shoot hoops, not people.

maandag, november 02, 2015

Mojo-kintsukuroi


Wij denken vaak dat een fout het eind van de wereld is en dat de kunst is om alles heel te houden en we vergeten vaak dat de fout, de vergissing, de barst juist het begin van iets mooiers kan zijn.
Ik wil niemand aanraden om de blunder te begaan die ik heb gemaakt, een poosje geleden. Ik kan heel slecht tegen verlies, zeker als ik aanknopingspunten zie waarmee we hadden kunnen winnen. 
We verloren, een beetje tegen de verwachting in, dat deed zeer en ik had een dag later een analyse gemaakt van een combinatie van fouten die mijn team had gemaakt en ik was op zoek naar de oplossing. Hoe kunnen we de mensen die in vorm zijn, op schot, in de zone, gefocust en gemotiveerd, beter gebruiken als het niet zo goed gaat? 
Die vraag - want een antwoord heb je niet zo een-twee-drie - hield me bezig toen medecoach Pieter op de app vroeg hoe het gegaan was. Nu komt de blunder - doe dit thuis nooit - ik appte, een beetje gehaast en  voor de vuist weg terug.
Hoe stom kun je zijn want je moet weten als coach dat de nuance in zo'n berichtje ver te zoeken is. Een app is geen blog. Ik was slordig in mijn woordkeus en het bericht werd meteen anders begrepen dan ik bedoelde. 
Geloof me, als ik zeg dat ik dit nooit weer zo doe. Ik probeerde het anders te verwoorden, mijn gestuntel goed te maken maar het was al te laat. Onze Mojo, die we zo hoog hebben en die natuurlijk door het verliezen al een tik had gehad, viel in scherven. 
Geloof me dat ik heel slecht heb geslapen en geloof me, ik was de enige niet. Ongetwijfeld had ik zelf minder last van mijn stomheid dan de personen waarvan ik het vertrouwen had beschaamd. Maar fijn was het niet. Dit was wel een hele verzameling scherven En hoe krijg je het dan weer heel? 

Ik geloof normaal wel in foutjes, ik hou van oneffenheidjes, rafelrandjes en dingen die gerepareerd kunnen worden. Een leren lap op een jasjesmouw, een vloer waar een stukje hout in wordt gezet van net een afwijkende hardheid of kleur, een pleister op een knie.
Tekenen van wear en tear, tekenen van leven zijn het. 
De Japanners zijn het met mij eens en ze hebben er zelfs een woord voor dat voor een hele kunstvorm is gaan staan: een kapot gevallen kopje wordt niet weggegooid - de scherven zijn een aanleiding om iets mooiers te maken. Dat doen ze met goud en zilver en het levert de prachtigste effecten op. Kintsukuroi heet dat.

We hadden een gesprek met het team. Picking up the pieces. En het was een goed gesprek. Iedereen kon haar zegje doen, de coach kon de speelsters er weer bij aankijken. Ik voelde me erna weer behoorlijk goed: ik wist weer waarom onze Mojo zo goed was geweest. Dat komt in de eerste plaats door de speelsters zelf. Ze klikken zonder te klitten en ze praten ook echt met elkaar, ze zeggen wat ze bedoelen en luisteren naar wat de anderen bedoelen.

De scherven werden zorgvuldig opgeraapt bij elkaar gelegd en klikten weer mooi aan elkaar. We trainden weer een week om beter te worden en versierden zaterdags de naden met een zilveren randje tegen Grasshoppers voor de beker en afgelopen weekend kreeg de Mojo weer wat meer glans door een van diep weggehaalde overwinning tegen DAS. 

We zullen best nog wel meer dompers en blutsen en deuken krijgen dit seizoen maar we hebben ook weer een mooi kunstje geleerd waar we dan ook weer veel aan zullen hebben. We kunnen echt iets moois maken uit iets wat in duigen valt. 
Zo het 't zeten, zeggen de Grunnegers dan.
Mojo-kintsukuroi zeggen de Uilen met de Japanners.