donderdag, januari 29, 2009

succesfactor

Het zijn zware tijden. Ik hou wel van trainers en coaches, vakbroeders. Op het moment vallen ze bij bosjes.
Gert Jan Verbeek begrijpt de spelers niet, Huub Stevens begrijpt niet dat de spelers hem niet begrijpen en zelfs Hans Westerhof, die ik van deze drie het hoogst heb zitten, slaagt er niet in het gemor en gekonkel van de spelers in iets positiefs om te zetten.
Conclusie van de Volkskrant: de spelers zijn de baas. Wat de spelers vinden, dat maakt uit. Welkom in de wereld. Zelfs Van Gaal wordt geleefd door de spelers, die hem dan toevallig weer wel wilden houden. Coaches zijn managers geworden. Soms managers van gedrag, zoals Stevens en Boot, soms managers van voedingsbodem, zoals Westerhof, de Haan of Jans.
Per ongeluk zeg ik ook nog wel eens in een gesprek over basketball, dat ik mijn speelsters "iets" op een bepaalde manier laat doen. De tijd dat dat waar was, is geweest. De spelers doen verreweg het meeste gewoon zelf.
De gemene deler bij de weggestuurde of opgestapte coaches is, behalve bovenstaande waarheid als een koe, dat de resultaten tegenvielen. Succes, - in de hardste definitie: winnen, punten- is de belangrijkste factor die bepaalt of de spelers de coach zien zitten. (en dus: of hij mag blijven)
Succes mag dus best eens anders gedefinieerd worden. Een trainer is succesvol als zijn team en zijn spelers beter worden. Je wordt sneller beter als je erg gelooft in wat je aan het doen bent, je gelooft meer dat goed is wat je doet, als je daar harde bewijzen voor krijgt. Maar zoals alle gelovigen weten: voor oprecht geloof hoef je geen bewijs. Als je het weet, hoef je niet meer te geloven. In een vorig stukje schreef ik al iets over meten, weten en ongeveer.
Als coach ben je ongeveer OK als je het geloof van een groep in stand kunt houden ook zonder punten te halen. Als je het niveau van de groep laat bepalen wat voor coach je bent. En dat is succes. Maar hoe? Dat is wijsheid, die niemand in pacht heeft,

woensdag, januari 28, 2009

Goede nieuwtjes!

Onze scheiding heeft een semester geduurd maar met grote blijdschap geven we kennis van het feit dat we het weer "aan" hebben, Mira en Moestasj!
Vanaf ongeveer het Valentijnstoernooi zal ook de ergste drukte van Roos weer tot het verleden behoren en Linda is, in badpak, met haar revalidatie begonnen.
Dan durf ik wel te voorspellen dat de krokussen binnenkort ook weer boven de grond zullen komen!

langs de meetlat

Na de derde wedstrijd van het seizoen hebben we Exercitia 2 tot maat van onze vooruitgang benoemd. We vonden toen al dat dat team had wat wij wilden hebben en het plan was, dat we met onze vooruitgang deze meiden thuis partij zouden kunnen geven.
Aan wedstrijdverloop noch uitslag was af te lezen dat dat lukte. Het was een beetje het Achilles en de schildpad verhaal. Achilles haalt, op achterstand gestart, de schildpad nooit in omdat de schildpad zelf ook steeds vooruit gaat. En dit was geen schildpad. Dit was Exercitia en dat had de meetlat uitgerekt.
Het begin ging gelijk op maar was niet best. Moesten we nog aan het tempo wennen, was Exercitia ook gehandicapt? Het waren de gasten die het eerst greep op de wedstrijd kregen. Van 5-4 in de derde minuut werd het 20-5 in de 10e.
Vaak gaat van zo'n beslissende sprong een rustgevende werking uit op de ploeg die achter staat. Er is immers niets meer te verliezen. De wil om te spelen voor kleine overwinninkjes was wel aanwezig en ook bleef ons tempo vrij hoog. Het was de wil om te vechten voor de kleine overwinninkjes die we wel eens misten en de wil om echt terug te sprinten na een balverlies.
Exercitia daarentegen zat lekker in de wedstrijd en het verschil begon dramatische vormen aan te nemen bij het ingaan van het laatste kwart. Het publiek vertrok en masse omdat het dacht dat het was afgelopen bij een stand van 31-66. Maar de beloning voor datzelfde publiek, dat zuchtend op het horloge kijkend weer ging zitten, bleef niet uit: de meiden hadden toch echt zin om met opgeheven hoofd van het veld te stappen en trokken het laatste kwart met steals, breaks en nog een paar driepunters naar zich toe.
De eindstand was 74-49. Zo'n stand is meteen weer aanleiding tot scorebordjournalistiek: als je de tegenpartij vijf keer vaker stopt (wat gekund had) als je vijf layups meer gemaakt had (niet onmogelijk) als je je 5 keer minder vaak de kaas van het brood had laten eten (wat niet denkbeeldig was geweest) stond je nog maar 1 punt achter en kon je dus net zo makkelijk winnen. Meten is weten maar je hebt meer aan ongeveer.

vrijdag, januari 23, 2009

VH de Bascule

Alsof de tijd heeft stil gestaan. Het cafe is eigenlijk alleen maar van naam veranderd. Wat vroeger de Bascule heette, is nu de Minnaar geworden. Ook deze kroeg is gezellig shabby en trekt nog altijd basketballers. Vroeger kwam ik er met andere basketballers elke week minstens 1 keer na het trainen in het uitzonderlijk kleine Brieszaaltje, honderd meter verder. Dat is al sinds zeker twintig jaar een ruimte waar sociologen zitten te spss'en. Ben ik hier meer dan twintig jaar niet geweest? In elk geval nooit met de auto.
De gelegenheid was het uitzwaaien van Karine wat natuurlijk met enige weemoed gepaard ging. Voor mijzelf had ik het gevoel van goede oude tijden nog een extra impuls gegeven door er met Miriam af te spreken voor de terugreis naar Stedum. Miriam was er in dit grijze verleden ook altijd bij. Misschien keken we elkaar wel in de Bascule voor het eerst wat dieper in de ogen.
Maar voor weemoed was geen plaats gezien de sfeer die er hing. Karine vertrekt vol goede moed naar Curacao en de gesprekken werden op dezelfde toon gevoerd. Er was wel een verschil, wat me te denken geeft over de burgerlijkheid van de jeugd van tegenwoordig. Wij hadden het vroeger steevast over sex en hier ging het over afwassen. Daar had ik natuurlijk uit oogpunt van sociologisch onderzoek graag meer van willen horen maar helaas: het was al snel weer tijd om af te reizen naar het Hogeland. Dat is ook een verschil met vroeger.

dinsdag, januari 20, 2009

eerste uit-winst

Leuk. Een uitwedstrijd met een autotochtje. Hoor je ook eens waar die meiden het buiten het veld over hebben. Dat wilt u wel weten? Helemaal niet.
Er blijken ook allemaal wegen naar Damwoude te zijn, die ik niet ken. Kom zeg. Ik kom al jaaaaren in de Boppeslach; ik ga heus niet naar die aanwijsmiep luisteren. En inderdaad: De weg die ik altijd ging, brengt ons er nog steeds.
Ik vind het hier echt historische grond en snuif de atmosfeer ook met plezier op. Mijn Moestasj heren 3 speelt (als heren 4, studentenbasketball zal ook wel nooit helemaal veranderen...) een heroische wedstrijd. Ik heb zin.
De zeven meiden hebben ook zin. We laten ons niet afschrikken door de aanwezige klasse en routine van een van de toppers uit mijn zeer vroegere rayon-kadettenteam. We gebruiken de kersverse zone press met groeiend resultaat. Och wat zijn we altijd blij als we scoren. Dan zijn we als de duif in de Skinnerbox: een graantje scoren door op de knop te drukken en dan een paar ererondjes. Wat zou zo'n duif allemaal met zijn tijd kunnen doen, als-ie gewoon tien keer op dat knopje drukt en even rustig gaat eten! Er zijn of niet zijn, dat is de kwestie bij zonepress. Langzaam lopen we weg en vlak voor rust hebben we een comfortabele voorsprong opgebouwd. In de laatste 10 seconden slagen we er echter zonder veel moeite in, daar weer vier van terug te geven. 37-26. mooie stand.
In de tweede helft groeien we nog meer. We creeren een heleboel mooie uitgangsposities maar de concentratie op het afmaken valt tijdelijk wat weg, zodat we niet veel verder uitlopen. Dat bewaren we dan maar voor het laatste kwart, waarin we een heleboel breaks wel afmaken en de lange en middenafstandschoten er wel ingaan.
Moe en voldaan kunnen we na 43-73 weer naar huis. En waarover spraken zij? Geloof me: zelfs ook een heel klein beetje over basketball.

zondag, januari 11, 2009

Ten uitvoer!

We waren sinds vorig jaar december druk bezig met het maken van goede voornemens. Iedereen heeft het reces gebruikt om voor zichzelf te formuleren wat er beter zal gaan in 2009. Beter voor de speelster zelf en beter voor het team. De voornemens varieren van het leren van de rockerstep tot het stoppen met roken. De afgelopen week zijn we vooral bezig geweest met het bekrachtigen van die voornemens en vooral van de grootste gemene delers: rebounden en concentratie.
Voornemens maak je niet voor 1 wedstrijd, zelfs niet voor een jaar. Maar van de details gaan we projecten maken, die vanaf deze week ten uitvoer worden gebracht.
Concentratie werkt het best vanuit de beginnersgeest. Je begint ergens aan zonder te weten wat er precies gaat gebeuren.
Een wedstrijd kan alle kanten op en is dus bij uitstek zo'n situatie, in elk geval aan het begin. Zeker deze wedstrijd tegen Uilen 4, dat met een behoorlijk ander team op kwam draven dan bij onze eerste ontmoeting. Dat feit werd nog weer eens versterkt door de samenstelling van ons eigen team, dat ook er behoorlijk anders uitzag zonder aanvoerster Marjolein Vos en zonder uitblinkster Linda in het veld.
Maar we begonnen goed, scherp en overtuigend, tegen een heel behoorlijk spelend Uilen. Door de drietjes van Sanne en de constante inbreng vanaf de centerplek bleven we in de race en door een run in de laatste twee minuten passeerden we de 20 punten in een periode. Ook de Uilen rendeerden echter behoorlijk en dus was het gat nog maar 5 punten.
In de tweede periode bleef Esther goed aan haar voornemen "focus op afmaken" werken maar zij was ook de enige Moessie die scoorde! Dankzij een ijzeren verdediging bleef Uilen 7 minuten scoreloos maar we konden zelf ook de laatste 5 minuten niet de ring vinden zodat onze voorsprong maar heel weinig groeide.
In de rust probeerden we weer beginners te worden en dat lukte. We scoorden meteen weer en 4 minuten en 12 punten later stonden we op een comfortabele 15 punten voorsprong.
En dan is voor ons de wedstrijd niet gedaan: Allerlei scenario's flitsen door de koppies. Van eclatante overwinningen tot paniek. De beginnersgeest is dan in elk geval weg. Uilen kwam in een periode van drie minuten weer een beetje terug en onze vaste scoorders waren eventjes niet succesvol. Het was aan de koelbloedigheid van de rest te danken, dat we voor bleven en met 11 punten aan de laatste periode konden beginnen. Aan rust kwamen we niet echt toe maar we bleven wel op heel behoorlijke marge en uiteindelijk, ondanks een Uilen productie van maar liefst 17 punten in de laatste 5 minuten (!) bleek dat genoeg voor de overwinning.
Eigenlijk dus 3 prima kwarten gespeeld qua score en 1 heel goede qua verdediging. De voorbereiding op de wedstrijd en de rust moeten goed geweest zijn want de beginnen waren behoorlijk. 63 punten is voor ons een heel behoorlijk aantal.
Wat deden we veel dingen goed, volgens de voornemens. Heel weinig vergissingen in de rebound, focus op afmaken (Esther 28 punten!) , na enige tijd een snelle overschakeling van aanval met de bal naar aanval op de bal. Geweldige schaafhustles en hulp voor de helper van Toya (en goed over een dip heen komen),Hoge schotpercentages voor Janne en Femke, En wat te zeggen van de 4op6 van achter de zeseneenkwart van Sanne, Een debuut van Tanja op de forwardpositie (dat in elk geval resulteerde in de beste verdedigende periode van de wedstrijd) Een degelijke pot van Marjolein Boomsma, die rustig bleef in tijden van chaos. En dan nog met Karine, die in wat misschien wel haar laatste wedstrijd van het seizoen was, niet moe leek te kunnen worden. En voor het hele team de wapenfeiten van zeker 5 aanvallen over 5 schijven, een voorbeeldige uitbloksituatie waarbij 5 Uilen kansloos toekeken hoe hun gemiste schot over de achterlijn rolde.
Minpuntje: we hebben een scoutings/indelingsfout gemaakt. De beste Uil van het veld heeft meegetraind bij Moestasj 2????. Dat is een lange linkspoot met airtime.
Ik vond het wel een goed begin. We gaan verder met de ten uitvoerlegging.

watiswasiswas

Hoewel ik ongetwijfeld niet origineel ben in deze observatie kan ik het niet laten om mijn trouwe lezers deelgenoot te maken van iets wat ikzelf heel erg grappig vind. Zelfs zo grappig dat deze waard denkt dat het allemaal opzet is:
Wat heel vroeger de ALO was, was al een hele poos IS (instituut voor Sportstudies). En wat IS was, is WAS geworden, zoals nu met grote vriendelijke oranje letters van de gevel spat: Willem Alexander Sportcentrum.
Dus nog een keer: wat IS was, is WAS. Arme kroonprins. Zou hij weten hoe zijn naam ijdel is gebruikt?