Ervaringenbank van Kaj Reker, o.a. basketballcoach. MOJO, NOJO, Ubuntu En wat verder voorbijkomt.
woensdag, december 28, 2011
mijn Baas
Ik ken maar een baas. De enige persoon die ik ook echt "baas", noemde was Pieter Tilstra. Het grootste deel van mijn sportcentrumleven was hij mijn baas.
Net voor kerst raakte ik twee mensen kwijt die voor mijn begrip van "directeur" stonden: mijn goeie oom Hans was directeur van een meubelfabriek, die zijn eigen naam droeg en Pieter Tilstra was "alleen maar" directeur van het universitair sportcentrum. Maar dat was wel mijn wereld, ja?
Ik kwam er natuurlijk in de loop van de tijd wel achter dat hij nog een "Hoofd" boven zich had en dat daarboven nog een "Secretaris" en een "Collegevoorzitter" waren geplaatst, maar toch: allebei directeur.
Mijn beeld van directeurschap hangt sterk aan hen allebei: zwierige, joviale mannen met manieren, en hart voor de zaak, gewend beslissingen te nemen. Iets van Bommel en van Tom Poes in een persoon. Nu zijn er geen bazen meer voor mij.
Tilstra besliste in een oogwenk over mijn carrière door me aan mijn mouw zijn kamertje binnen te trekken en me te vertellen dat ik vanaf 1 januari 1980 op de loonlijst kwam van het Sportcentrum.
Nou dat was dan zo. Je sprak hem niet tegen, zeker niet als bleue 21 jarige. Ik had een baan en ik ben nooit de briljante professor in de architectuurhistorie geworden, die ik op dat moment nog beloofde. Voor hem was dat een van de talrijke beslissingen die hij uit zijn mouw schudde; voor mij bepaalde het mijn verdere leven. Ik ben je eeuwig dankbaar, Baas.
maandag, december 26, 2011
teamopstellingen
Een groep basketballers kan samen trainen en samen proberen beter te worden, maar dat is nog geen team. In een team bestaat samenhang. Je bent van elkaar afhankelijk om iets te bereiken. Een vrij schot bijvoorbeeld, of een stop. Als iemand haar rol niet speelt, dan wordt het team weer een groep, die wel allemaal hetzelfde doel hebben, maar niet hetzelfde plan volgen. En dan ben je afhankelijk van individuele capaciteiten en individueel mazzel.
Voor groepen geldt dat je de leden ook gemakkelijk kunt vervangen, als ze niet voldoen. In een team is dat anders; daar doen we nog een keer extra moeite om de verschillen te begrijpen en misschien zelfs wel ons voordeel met die verschillen.
Juist omdat we dat samenwerken belangrijk vinden, spelen we bij Uilen 2 op dit ogenblik in dit dit seizoen een teamaanval. Veel beweging, veel mogelijkheden maar dan ook veel gericht op wat de anderen doen.Iedereen speelt daarin een rol en iedereen heeft dus eigen verantwoordelijkheden en eigenkansen.
Sommige teamleden hebben er meer moeite mee om de mogelijkheden te zien en de lijnen in het hoofd te krijgen dan anderen. Omdat iedereen -dus- verschillend is, zijn er ook verschillende manieren om huiswerk te doen. Heerlijk dat mensen echt vragen: "coach, hoe kan ik mijn inzicht in het "systeem" verbeteren?"
Spelen, is altijd het antwoord. Het is een spelletje, je moet het spelen. Sommige abstracte denkers kunnen dat in hun hoofd als ze het horen uitleggen, anderen hebben plaatjes nodig.
Er horen twee verhaaltjes bij:
Ik kwam ooit een international tegen, die ook coach was en wel meer in zijn mars had. Basketball was een van de sporten die hij met zijn studie combineerde. Naar het toernooi had hij ook een schaakbord mee genomen. Zo'n bord, dat tevens doos voor de stukken was en dat je dan open moest vouwen. Hij schaakte tussen de wedstrijden door, maar gebruikte het ook -en misschien nog wel vaker- om het andere spelletje uit te leggen: over het schaakbord was met witte verf een bucket getekend en de koningin werd net zo makkelijk de center. Heel duidelijk.
Het tweede verhaal komt uit het kerstnummer van Psychologie Magazine: Het is mogelijk om met playmobielpoppetjes je eigen wezen en gezinsstructuur zo neer te zetten, dat het echt gaat leven. Systemisch werk heet dat. Het is eigenlijk een afgeleide van familie- of organisatieopstellingen, waarbij je dat met echte mensen doet.
Voor veel geld kun je een workshop doen, waarbij je met poppetjes mag spelen en daardoor inzicht krijgt in hoe het echt zit.
Wat wil ik nou eigenlijk zeggen? Dat was mijn advies: teken een mooi veld, zoek schaakstukken, smurfen van AH, of mens-erger-je-niet pionnetjes en speel, speel, speel.
Alles draait om een paar kernbegrippen: team - systeem - en spel. Ik ken al in elk geval een persoon, die uit dit kerstreces komt met beter inzicht in alledrie.... En weet je wat die gebruikt, als representanten voor het eigenlijke team? Bij alle moderne mogelijkheden?
Nagellakflesjes.......
maandag, december 19, 2011
halverwege
Het reguliere seizoen is meer dan half onderweg. Zoveel wedstrijden lijken het er nog niet eens te zijn. Afgelopen weekend hadden we de return van de eerste match. Geen wedstrijd, zei ik nog van tevoren, maar honderdtachtig wedstrijden. Elk punt is weer een spel om te winnen. De stand in de wedstrijd, of het resultaat van het vorige punt kun je niet mee laten wegen. Als je je daar mee laat belasten, begin je dat volgende punt al met een achterstand.
Wat wel mee moet wegen, is het proces van het vorige punt. Wat hebben we net gedaan, dat goed werkte, wat kunnen we bijstellen om het nog beter te maken. Leren heet dat en omdat wij een ontwikkelteam zijn dienen we ons daar het meest mee bezig te houden.
Omdat het resultaat wel iets is wat een rol speelt bij het nadenken over onze MOJO, toch maar even een meetmomentje: We spelen drie perioden een wedstrijd. De start is weer goed en zelfs in de dubbele cijfers staan we nog voor tegen de lijstaanvoerders. Periode twee is in cijfers wat minder maar in spelopvatting en samenwerking niet eens. Periode 3 is gewoon slecht, en de laatste 10 minuten spelen we weer mee. Complimentjes van de tegenpartij, ze zijn in het begin even geschrokken en hebben verder behoorlijk tegenstand gehad. Het verschil is een stuk kleiner.
Graag elke maand tegen Scylla spelen!
Nu gaan we evalueren: wat is je eigen input, wat is de progressie, waar moet het beter? En vooral: hoe gaan we dat aanpakken?
Hoe kunnen we de dingen die niet goed gaan beter doen en de sterke punten uitbouwen? Hoe kunnen we elkaar helpen beter te worden?
Voornemens maken? Naar wedstrijden toeleven - wedstrijden stukje bij beetje analyseren en de verkeerde beslissingen in het geheugen vervangen door goede - weten wanneer we moeten accepteren wat er gebeurd is en verder gaan. In elk geval verder gaan. Met elkaar, met dit team,
op deze weg. Ik heb zin aan verder onderweg in 2012.
vrijdag, december 02, 2011
allemaal sinten worden een team

Och nou moet die ouwe Sint
ook nog weer aan ‘t dichten
de ze keer niet voor één kind
maar voor al die wichten.
dus pijnigt hij zijn hersens maar
ach hij weet het al
maakt het maar niet al te zwaar
en over basketball...
maar....bedenkt hij ... basketball
misschien heb ik het mis
weten ze eigenlijk wel al,
wat dat voor spelletje is?
Betere schoten en meer daarvan
dat je daarmee meestal wint
dat soort wijsheden dat kan
hij hier, toch wel kwijt, denkt Sint
Dat ze het samen moeten doen
dat weten ze al wel prima
ze riepen al een keer of miljoen
in plaats van MOJO - 1,2 team, ja?
En dat fouten maken mag
is dat ook doorgedrongen?
Ja want Sint ziet met een lach
al heel wat flinke sprongen
het principe van druk met en op layup?
en “never foul jumpshooter”?
en het rebounden in deze club?
gaat dat met genoeg getoeter?
Over het algemeen past wel lof
maar het lijkt de Sint wel slim
dat ze nog vaker doen alsof
en: “a noisy - beats a silent gym”
de Sint heeft nog meer wel in zijn zak
aan regels en goede raad
maar die zullen ze zelf wel oppak-
ken, want ze zijn niet van de straat.
ze gaan beslist nog meer laten zien
aan skills, resultaten en spelshow
want er is geen ploeg zo kien
op teamspirit en Mojo.
maandag, november 28, 2011
Puntje puntje
Op zich ben ik wel iemand van lange termijn en grote verbanden. Toch hoop ik dat we gaan spelen met kleinere termijnen. Nul minuten vooruit, stel ik voor.
Ik zat zelf wat te denken aan punt voor punt zelfs. Tegen Moestasj begonnen we goed. We lieten ons zien, we scoorden, we kwamen voor en we geloofden erin. Geen flauwe kul, aanvallend waren we echt goed. Verdedigend lieten we wel wat liggen en het was vooral de manier waarop Moestasjs Mo door de verdediging sneed die indruk maakte. Omdat de tegenpartij ook nog wat verder was in het doorzien van onze aanvalsplannen, draaide het momentum van ons weg.
In het tweede en derde kwart werden we overklast en geloofden we er niet meer in.
De punten die we dan niet scoren en die we tegen krijgen, krijgen veel meer gewicht. Ze worden verzwaard door de vorige keer dat we niet scoorden en bezwaren ook de volgende poging. Het dik op de broek krijgen gaat een eigen leven leiden en wordt belangrijker dan het nu dingen goed doen. Dan kunnen we het niet meer en hoeven we ook niet meer.
Maar ook als de tegenstander beter is, dan kun je toch je eigen ding, nu, zo goed mogelijk doen? En ook als je goed speelt, verlies je heus wel van een betere tegenstander. Slecht spelen mag ook als het maar spelen blijft en het geen werken wordt, of vechten, of balen.
Want eigenlijk... Kunnen we het wel, zoals we in twee vrijuit gespeelde kwarten laten zien: twee kwarten van spel: uitslag Uilen 29- Moestasj 32.... Twee kwarten van strijd: uilen 11- Moestasj 35.
vrijdag, november 04, 2011
schouderklopje
We roepen onze Mojo over ons af, in de yell. Mojo is ons eigen positief gevoel over hoe het nu gaat en de uitstraling daarvan; een samenspel van onze identiteit, onze resultaten, onze reputatie en het accepteren van hoe het is.
Onze Mojo is onder constructie, zullen we maar zeggen. Direct na de wedstrijd van vorig weekend was het meer Nojo. Maar dat is niet terecht: onze resultaten zijn, in punten uitgedrukt nog niet zo stralend, maar we zien wel terug wat we oefenen. Nou is er wel veel te oefenen, maar dat doen we dan ook heel serieus en met veel aandacht voor elkaar ook.
Bij dit team gebruiken we de deliberate practice planner. Vorige week hebben we weer nieuwe prioriteiten voor ieders eigen ontwikkeling gesteld en elke training hebben de meiden tijd om daaraan te werken. Ze zoeken een partner en coachen elkaar. Kris en ik zijn er voor het rondlopen, vragen beantwoorden en af en toe.... kunnen we allebei niet laten.... een ongevraagd advies.
Bij het afsluiten van het "moment voor jezelf" van donderdag, was er een mooi gebaar: Eva en Margrit sloten hun samenwerking af met een schouderklopje ... meer een aai, nog.... en de tekst: "Nou.....!" Bijna niks en helemaal genoeg. Ubuntu onderweg naar Mojo.
maandag, oktober 24, 2011
Leonardo, het genie
Mijn meiden leken het een beetje vergeten. Wat voor passes er nou wel mogen en welke niet.
Terwijl dat besef toch al zo oud is als de weg naar Vinci. Dus: Bronnenonderzoek. de oude manuscripten er maar op nageslagen: het klopt Leonardo liet het al duidelijk zien in zijn "De palacenestra": passes doorlaten tussen je eigen hoofd en knieniveau, is niet de bedoeling. No middle, maakte Hubie da Brown er van. En die voegde er, eind twintigste eeuw aan toe, dat je ook niets en niemand midden door de bucket moest laten lopen. No middle 2X, dus.
NM2X, in moderne taal. Zo dat begrip kan er weer een eeuwtje tegen. Ook maar uitvoeren dan?
Het bronnenonderzoek leverde trouwens ook nog een nieuw inzicht op: Leonardo tekende ook het moderne 3 seconden gebied..... dat had ik nou nog nooit uit zijn tekeningen gehaald.....
maandag, oktober 17, 2011
Games are practice
Ok. Na twee forse nederlagen hebben we onze eerste wedstrijd gewonnen. Dat was erg prettig. We wonnen ook doordat we er echt voor speelden. We waren fanatiek, we letten behoorlijk op en we namen echt iets mee naar de wedstrijd. Super. Dan krijg je ook weer energie terug.
Maar wie dan denkt dat we het dan nu ook weten en dat we nu het lek boven hebben, die had ik graag vorige week op training willen zien. Het ging zo moeizaam en de meiden waren zo lief en voorzichtig met elkaar, dat het leek alsof er geen wedstrijden meer gespeeld hoefden worden.
Ook een "partijtje" veranderde daar niks aan. "it's game time", roep ik altijd met het idee, dat dit dan ook heel veel lijkt op het echie. Je speelt zoals je traint, toch? Maar er komt geen press, uit de meiden zelf, de sense of urgency van de wedstrijd is er niet, de versnellingen zijn er niet, ik zie geen echt willen winnen. Ze zijn lief, deze meiden. Ze lachen veel, ze helpen elkaar overeind, ze geven elkaar complimentjes als ze zelf in de bek geschoten worden, ze laten elkaar spelen......
Maar dat is geen spelen, meiden, dat is iets anders. Echt spelen, daar ga je in op. Dat is spelen alsof het een wedstrijd is, spelen alsof je het heel goed kunt, spelen om het uiterste uit jezelf te halen. En Mojo, Mojo krijg je als je weet waar je voor staat, als je iets van jezelf komt brengen, met je hart speelt, speelt om jezelf en je teamies beter te maken. En dan mag je de glimlachjes, en het gevoel van samen ergens aan gewerkt hebben weer mee naar huis nemen. With head and heart, hard and smart. Games are won in practice. Spelen tegen je eigen teamgenoten is het zwaarste en mooiste wat er is: die willen van je winnen en jou tegelijk beter maken. Maar Games zijn ook practice. Misschien moeten we het hebben van veel spelen om te weten hoe we moeten trainen?
Morgen maar een lekkere oefenpot dan. Spelen om beter te trainen?
maandag, september 26, 2011
friends with benefits....
Nou, leuk project hoor, Kaj ....
zei de coach van de tegenpartij na de eerste wedstrijd. Deze oude bekende bedoelde het goed. Er was ook niets in de wonden te wrijven na de 50 punts nederlaag. De "meiden van vroeger" waren gewoon duidelijk een stapje en een oogwenkje sneller dan de meiden van nu.
Ik bedankte ze dus maar vriendelijk voor de geleverde tegenstand. Friends with benefits, noem je je vriendinnen waar je wat extra aan hebt geloof ik..... We steken er dus maar wat van op.
Is vijfig punten veel lesgeld? Ja best. We hadden best al wat verder willen zijn, zoals we heel eventjes dachten na op een 4-2 voorsprong te zijn gekomen... Bij 16-4 achter wisten we wel beter. Het werd een omarmen van de vergissingen en een nadenken over wat er nu eerst maar moet worden verbeterd... Zo goed als dit Scylla willen we eigenlijk wel worden. Wat deden ze dan goed?
Lotte, voorlopig nog onze stuurvrouw aan de wal, zei het mooi: "ze weten gewoon al eerder wat wij gaan doen, dan wij zelf...."
Dat zegt iets over het bewustzijn waarmee we nu verder de wedstrijden en de trainingen moeten gaan benaderen. Deliberate practice... ervaring komt nog steeds niet in pilletjes......
Scylla 88- Uilen 2 38.... Begin 2012 meten we onze progressie....
dinsdag, september 06, 2011
tussen 8 en 10.000
10.000 uur staan tussen jou en een topprestatie op een bepaald vlak. Dat je een goede dokter wordt of een goede schooljuf, een concertpianist of een goede basketballer. 10 jaar zeg maar. Nou dan heb je nog wel even, vind je niet?
Met de meiden van Uilen 2 zitten we nu ergens tussen 8 uur en die 10.000. Op veel verschillende plekken daartussen natuurlijk. Sommige speelsters hebben er al wel een paar jaar met 10+ uur per week opzitten. Van dat soort jaren heb je er dus 20 nodig voor jouw echte top. Jouw echte top, want hoe goed de rest van de wereld ondertussen is, dat heb je niet in de hand.
Het is een beetje veel. Voor de meeste mensen mag het wel iets minder, want je moet niet vergeten, dat het ook nog eens om uren echte training gaat. Dus buiten je comfort zone... No pain no gain.... Ik stel voor dat we het serieus aanpakken, maar ook vaak proberen of het al lekker gaat. Op mijn opschrijfboekje staat een lijfspreuk (ik heb er wel meer...): hoe meer ik oefen...hoe meer geluk ik krijg...
op naar de 10.000 uur bewust leven, dan maar.
Met de meiden van Uilen 2 zitten we nu ergens tussen 8 uur en die 10.000. Op veel verschillende plekken daartussen natuurlijk. Sommige speelsters hebben er al wel een paar jaar met 10+ uur per week opzitten. Van dat soort jaren heb je er dus 20 nodig voor jouw echte top. Jouw echte top, want hoe goed de rest van de wereld ondertussen is, dat heb je niet in de hand.
Het is een beetje veel. Voor de meeste mensen mag het wel iets minder, want je moet niet vergeten, dat het ook nog eens om uren echte training gaat. Dus buiten je comfort zone... No pain no gain.... Ik stel voor dat we het serieus aanpakken, maar ook vaak proberen of het al lekker gaat. Op mijn opschrijfboekje staat een lijfspreuk (ik heb er wel meer...): hoe meer ik oefen...hoe meer geluk ik krijg...
op naar de 10.000 uur bewust leven, dan maar.
woensdag, juni 15, 2011
Nieuws

Er is lustrum. Van Moestasj - established 1976.What else is new?
Ze heetten Doctor J, Kareem Abdul Jabbar, Clyde Frazier, Tiny Arch en iets later Moses, Bird en Magic.
Tegenwoordig heten ze Lebron, Dwayne, Duncan, Jason en Yao en Dirk natuurlijk.
Iets dichterbij, bij Nationale Nederlanden Donar, heetten ze Wim en Jos en Leo en daar speelde je dan ook nog mee. Want Donar 2 waren ze, eerst immers.
Tegenwoordig zou ik het niet eens meer weten, maar je speelt in elk geval nooit meer met ze.
Je trainde 1 keer in de week en dat was natuurlijk niet genoeg, dus je ging naar het Algemeen Uur, van half 1 tot 2, twee keer in de week. En je trainde mee bij Uilen 2 en 3 en Enos 3 en Enos 2 en soms bij Uilen 1. Maar nooit bij Enos 1, want dat was eerste divisie en die hadden hun twee trainingen van 1,5 uur in de week wel nodig voor zich zelf.
Tegenwoordig zie ik niet zoveel basketball kruisbestuiving meer.
En je huurde een zaaltje bij, dan kon je met het hele team aan de 1-2-2 zone en de 1-3-1 zonepress werken. Dan nam iedereen 1 gulden mee en coach Kaj had een pasje waarmee je in een gemeentezaal mocht. In de Hofstraat was het vijfstappen naar de andere kant.
Tegenwoordig traint iedereen twee keer in de week en nooit meer in een gymzaaltje.
Vroeger koste de ACLOkaart 18 gulden 50. Het collegegeld was trouwens 500 gulden per jaar. Best veel. Niet eerlijk dat je bij theologie maar 250 hoefde te betalen. Jammer dat ze er net mee gestopt waren om vrijstelling van collegegeld te geven na 5 jaar. Toch was de gemiddelde leeftijd bij Enos 2 echt wel dertig.
Tegenwoordig kost een Aclokaart veel. Hoeveel? Geen idee maar het wordt vast nog meer de komende tijd. Maar ja je betaalt ook niet meer 12 jaar voor je sportgenot, maar je moet het, als het je allemaal lukt in een jaar op 4 ophoesten.
Vroeger wist niemand hoe het moest, basketballen. Maar coach Kaj had twee boeken gelezen en hij had een pasje voor de zaal en een junior-oefen-meester-cursus gedaan en hij wou altijd wel mee naar het café. Dus ze luisterden goed. Vooral daar.
Vroeger moest je voor de meisjes naar Uilen of naar Enos. En was het een grote, gezellige matras.
Tegenwoordig heeft ook Moestasj meiden…en zien we niet zo veel kruisbestuiving meer…
Tegenwoordig heeft iedereen zoveel technische bagage, dat het de oude coaches soms duizelt. En iedereen weet het ook zo goed..
Vroeger was het toch wel speciaal volk, die studenten. Toch iets meer haar, iets ander taalgebruik en iets minder technisch.
Tegenwoordig wordt heel Nederland steeds slimmer.
Vroeger hadden de andere coaches medelijden: “Wat moet je toch steeds bij die studenten? Daar kom je toch nooit verder mee?”
Tegenwoordig willen ze wel. Mooi werk. Een boel geregeld. Fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en de studenten krijgen toch wel wat voor elkaar.
Vroeger was ik coach bij Moestasj en Uilen; tegenwoordig nog steeds. Iemand nog nieuws?
Kaj
zondag, mei 29, 2011
GNSK
Wie zei er nou, dat het niveau omlaag ging bij het GNSK? Gaat het slecht met het Nederlandse Basketball? No way.
Bij de mannen wordt leuk en spectaculair gespeeld vooral door het gedreven Groningse team, Bij de vrouwen zijn Baros en Leiderdorp praktisch compleet bij de vrouwen, Amsterdam is een leuk team en de verrassing van het kampioenschap is de wandelende, reboundende en scorende cultuurschok die voor Wageningen uitkomt.
Maar boven de Groningse MeidenMix van Celeritas, Uilen en Moestasj gaat ook maar weinig. Ik heb de smaak wel weer te pakken en leef van afstand mee met kruis en echte finale, zondagmiddag.
Nait soezen moar doun.
Bij de mannen wordt leuk en spectaculair gespeeld vooral door het gedreven Groningse team, Bij de vrouwen zijn Baros en Leiderdorp praktisch compleet bij de vrouwen, Amsterdam is een leuk team en de verrassing van het kampioenschap is de wandelende, reboundende en scorende cultuurschok die voor Wageningen uitkomt.
Maar boven de Groningse MeidenMix van Celeritas, Uilen en Moestasj gaat ook maar weinig. Ik heb de smaak wel weer te pakken en leef van afstand mee met kruis en echte finale, zondagmiddag.
Nait soezen moar doun.
zaterdag, mei 21, 2011
cross over
Zou een Uil stemmen op een Moessie, als die kandidaat stond voor de Uraad?
Hoe diep zitten de verschillen?
Ik maak me maar weer eens sterk voor de crossover. De gezamenlijke belangen overstijgen de verschillen... De kritische massa is van de clubs samen is groot genoeg, afzonderlijk zijn ze te klein, ook voor en stem in de ACLO, wat betekent dat ze kleiner zullen gaan worden, in elk geval in aandacht.
Het crossover gebied is het middelste deel van de club. Beginners laat je even met rust - toppers kun je in het huidige tijdgewricht niet zomaar zelf opleiden en die zijn dus druk met hun eigen ding. Dat moet ook.
In het midden zit het hart van de studentenclubs. Basketballliefhebbers (3 ll'en) die naar boven kunnen kijken en naar beneden en om zich heen. Een kweekvijver voor basketballniveau en bestuurswerk, vandaar uit ontwikkel je je invloed naar de rest van de sportwereld. Daar is, op gebied van teamindeling en persoonlijke ontwikkeling de meeste winst te boeken. Daar zitten doorstoom mogelijkheden. Een dankbaar werkterrein voor de sporttechnische begeleiding die meer wil zijn dan alleen maar dat.
Ik pleit ervoor om in dit gebied van de studentenbasketballerij continuiteit te bewaken. Vroeger hanteerde ik het zogenaamde "aanrakingsprincipe" iedereen die door lijn ging, zou ik tenminste een jaar training geven. Dat hebben we al lang geleden los moeten laten. Het is vervangen door het betrokkenheidsprincipe waarbij iedereen tenminste door iemand van de vaste staff begeleid zou zijn. Ook dat is er niet meer.
Ik zou wel weer terug willen naar de tijden dat we met twee teams tegelijk trainden, in elk geval 1 keer per week. We zijn dan altijd zeker van een kritische massa voor de Algemene Basketball Ontwikkeling. Als het vaste kader in beide clubs wortelt is dat ook makkelijker monitoren en adviseren en daarmee het ideaal van betrokkenheidsprincipe binnen bereik.
Ik houd van principes, niet van vastroesten: Ik cross nu weer over naar de Uilen maar blijf ook verankerd in Moestasj. Ik hoop ook in the flesh.
Hoe diep zitten de verschillen?
Ik maak me maar weer eens sterk voor de crossover. De gezamenlijke belangen overstijgen de verschillen... De kritische massa is van de clubs samen is groot genoeg, afzonderlijk zijn ze te klein, ook voor en stem in de ACLO, wat betekent dat ze kleiner zullen gaan worden, in elk geval in aandacht.
Het crossover gebied is het middelste deel van de club. Beginners laat je even met rust - toppers kun je in het huidige tijdgewricht niet zomaar zelf opleiden en die zijn dus druk met hun eigen ding. Dat moet ook.
In het midden zit het hart van de studentenclubs. Basketballliefhebbers (3 ll'en) die naar boven kunnen kijken en naar beneden en om zich heen. Een kweekvijver voor basketballniveau en bestuurswerk, vandaar uit ontwikkel je je invloed naar de rest van de sportwereld. Daar is, op gebied van teamindeling en persoonlijke ontwikkeling de meeste winst te boeken. Daar zitten doorstoom mogelijkheden. Een dankbaar werkterrein voor de sporttechnische begeleiding die meer wil zijn dan alleen maar dat.
Ik pleit ervoor om in dit gebied van de studentenbasketballerij continuiteit te bewaken. Vroeger hanteerde ik het zogenaamde "aanrakingsprincipe" iedereen die door lijn ging, zou ik tenminste een jaar training geven. Dat hebben we al lang geleden los moeten laten. Het is vervangen door het betrokkenheidsprincipe waarbij iedereen tenminste door iemand van de vaste staff begeleid zou zijn. Ook dat is er niet meer.
Ik zou wel weer terug willen naar de tijden dat we met twee teams tegelijk trainden, in elk geval 1 keer per week. We zijn dan altijd zeker van een kritische massa voor de Algemene Basketball Ontwikkeling. Als het vaste kader in beide clubs wortelt is dat ook makkelijker monitoren en adviseren en daarmee het ideaal van betrokkenheidsprincipe binnen bereik.
Ik houd van principes, niet van vastroesten: Ik cross nu weer over naar de Uilen maar blijf ook verankerd in Moestasj. Ik hoop ook in the flesh.
dinsdag, mei 10, 2011
The last vacation

Aan het eind van de ongelofelijke wedstrijd, waarin Jason Terry en de Mavericks het lot van de desintegrerende Lakers bezegelden, kwam er een glimlach bij de verwondering van Phil Jackson.
Hij stopt. De twijfel of hij het allemaal wel goed heeft aangepakt zal ook door zijn hoofd zijn gegaan. Maar na de gemiste layup van Artest zal hij berust hebben, zoals dat gaat met mensen die weten wat Zen is.
Jackson zal ook vastgesteld hebben met enige reflectie dat hij zo menselijk was om op de valreep nog een boete van ruimschoots mijn jaarsalaris te halen voor commentaar op de leiding.
Een vergissing waar je een beter mens van wordt. En als coach, maar dat hoeft niet meer.
Ik had veel met Jackson: domineeszoon, halve hippie, zachtaardig zonder van zijn hart een moordkuil te maken, geloof in het goede in de mensen en in de positieve benadering. Omdat hij dat ook allemaal leuk kon opschrijven heb ik helemaal veel aan hem gehad. Bedankt Phil. En ik ben benieuwd naar het laatste boek...
woensdag, april 20, 2011
gimmick time
Nou ja, gimmicktime? Doe maar niet zo denigrerend over de periode tussen de competities!
Een reboundring een gimmick? Nee een pronkstuk van coachingvernuft. En de reboundeinsatz heb ik ook al in de laatste week van de competitie gericht ingezet. Een dribbelbril is ook geen echte gimmick maar een bewustwordingstool.
En een Basketball Ontwikkelspel is al helemaal geen gimmick. (maar daarover genoeg)
Feit is wel dat sommige coaches zich niet echt bezig houden met de invulling van deze periode. Sterker nog: hij komt niet eens in het jaarplan voor. Het basketballjaar duurt van september tot eind april en de rest van de tijd krijgt de speler weer terug.
Bij ons niet. Wij gaan gewoon door maar de druk is eraf en we gebruiken soms wel eens dingen die de rest van het jaar in een plastic zak in mijn locker liggen. Gimmicks? Nou dingen.
En dan merk je weer eens dingen op. De reboundring past helemaal niet goed in de ringen van de WAShal. Hij wordt bevestigd met haakjes binnen de echte ring. Maar die is hier niet helemaal van ronde buis. De ring bestaat aan de achterzijde ter versteviging uit plaat. En daar wil zijn haakje niet goed om. Ach gut. En dan gaat het ding los. En dan is hier ook niet zo'n handige keukentrap-scheidsrechtersstoel waaraan in gewend was in de HES. Mmmmh Dat wist ik allemaal niet. In elk geval heb ik dat handige pronkstuk niet zo vaak meer gebruikt, dus.
En nu heb ik de dribbelbrillen weer opgediept. "Moet dat?", vragen mijn meiden. "Ja dat moet", zeg ik dan. "Kijk straks maar als je ze weer af doet....."
maandag, april 11, 2011
de weg van de held (2)
Heldinnen zijn het, die op het belangrijkste moment boven zichzelf uitstijgen. Tegen de weerstand in presteren en het verhaal een mooi einde geven.
Heerlijk al dat publiek, waarvan het grootste deel achter ons stond. Vaders, moeders, vrienden, echtgenoten, cubgenoten en andere pinguins.
Heerlijk die sportieve en gedreven tegenstander, die oprecht baalde, maar toch ook genoot van onze blijdschap.
Leuk zo'n tegenstandercoach die tegen ons zegt: Hou de Ubuntu hoog, dames!
Heerlijk die blijdschap van mijn meiden. (was ik nou zo blij voor mezelf of vooral door die aanblik?)
Heerlijk die waardering van het bestuur, waardoor je weer iets extra met die club hebt.
Heerlijk die glimlach, die de hele avond steeds maar weer terugkwam als iemand even terugdacht aan het behalen van het kampioenschap.
En wat een heerlijk, bobbelig en leerzaam pad, die weg van de heldinnen. Dat had ik ook geschreven als het einde anders was geweest. De held neemt het goede schot.
Er staat een paaltje aan deze weg, waar we nu zijn: "uitzichtspunt kampioenschap" en daar blijven we even van genieten......je kunt minstens twee kanten opkijken en dan;...... gaat de weg weer verder.
Ik loop nog graag een stukje mee als dat mag. De weg is het doel. Dank jullie wel.
Heerlijk al dat publiek, waarvan het grootste deel achter ons stond. Vaders, moeders, vrienden, echtgenoten, cubgenoten en andere pinguins.
Heerlijk die sportieve en gedreven tegenstander, die oprecht baalde, maar toch ook genoot van onze blijdschap.
Leuk zo'n tegenstandercoach die tegen ons zegt: Hou de Ubuntu hoog, dames!
Heerlijk die blijdschap van mijn meiden. (was ik nou zo blij voor mezelf of vooral door die aanblik?)
Heerlijk die waardering van het bestuur, waardoor je weer iets extra met die club hebt.
Heerlijk die glimlach, die de hele avond steeds maar weer terugkwam als iemand even terugdacht aan het behalen van het kampioenschap.
En wat een heerlijk, bobbelig en leerzaam pad, die weg van de heldinnen. Dat had ik ook geschreven als het einde anders was geweest. De held neemt het goede schot.
Er staat een paaltje aan deze weg, waar we nu zijn: "uitzichtspunt kampioenschap" en daar blijven we even van genieten......je kunt minstens twee kanten opkijken en dan;...... gaat de weg weer verder.
Ik loop nog graag een stukje mee als dat mag. De weg is het doel. Dank jullie wel.
donderdag, april 07, 2011
de weg van de held
Nee we zijn nog geen kampioen. We kwamen twee keer een goede tegenstander tegen en een beetje onszelf. Ondertussen hebben we lekker getraind, veeeel vrije worpen geoefend en veel ervaring opgedaan.
Heldendom gaat langs een apart stramien. De heldin ontwaakt, ziet haar eigen ongekende mogelijkheden en begint goed te doen.
Dan komt de heldin meestal iets tegen dat maakt dat zij en de hele omgeving - de wereld - het universum zoals wij dat kennen - de grote stad - het mooie leven - ernstig bedreigd worden. Twijfel....is de heldin wel een echte heldin.....En dan -against all odds - gaat de heldin de laatste strijd aan. En echt heldendom is als een goed schot. Het nemen van het goede schot maakt het een goed schot, niet het maken. Dus: grote eindstrijd! En daarna is de film afgelopen. Maar meestal komt er wel een sequel: "heldin part II"
Maar dit verhaal is helemaal nog niet afgelopen. De grote eindstrijd is zaterdag. En daarna hebben we het wel over wie er allemaal op de aftiteling komen en of we aan een sequel kunnen denken. Tot dan, heldinnen, vrienden en tegenstandsters!
Heldendom gaat langs een apart stramien. De heldin ontwaakt, ziet haar eigen ongekende mogelijkheden en begint goed te doen.
Dan komt de heldin meestal iets tegen dat maakt dat zij en de hele omgeving - de wereld - het universum zoals wij dat kennen - de grote stad - het mooie leven - ernstig bedreigd worden. Twijfel....is de heldin wel een echte heldin.....En dan -against all odds - gaat de heldin de laatste strijd aan. En echt heldendom is als een goed schot. Het nemen van het goede schot maakt het een goed schot, niet het maken. Dus: grote eindstrijd! En daarna is de film afgelopen. Maar meestal komt er wel een sequel: "heldin part II"
Maar dit verhaal is helemaal nog niet afgelopen. De grote eindstrijd is zaterdag. En daarna hebben we het wel over wie er allemaal op de aftiteling komen en of we aan een sequel kunnen denken. Tot dan, heldinnen, vrienden en tegenstandsters!
donderdag, maart 24, 2011
complex spelletje
Afgelopen weekend brachten de meiden van Moestasj de streak op 8 gewonnen wedstrijden.
En wat wat het begin goed! De spanningsboog klopte precies, het plan werd uitgevoerd, de tegenstander werkte goed mee, het gevoel was er, de ballen vielen en de ongekende tussenstand van 22-0 stond na het eerste kwart op het bord.
Dat het daarna minder gaat is alleen al logisch als je de opsomming bekijkt van wat er goed ging.
Wat de tegenstander doet en of de ballen vallen is allemaal niet direct controleerbaar en wat er met een strakke spanningsboog gebeurt na een succesvol gebruik is ook heel voorstelbaar.
Periode 2 ging met 5 punten verschil naar HSVB u22. En hoe kom je dan de tweede helft weer aan je beginnersgeest en haal je weer al het mogelijke uit je ubuntu? En hoe kun je dan tevreden zijn over de wedstrijd als je het eerste kwart als maat neemt?
We deden het en dat was dus eigenlijk de grootste overwinning: doorspelen als gewone stervelingen en winnen. Voor de 8ste keer op rij. Een felicitatie waard maar dat is ook de trainingsinzet op een doordeweekse inzet, de wil om en partijtje of een schietwedstrijdje te winnen en de manier waarop iedereen vervolgens weer tot winnaar wordt gemaakt.
We gaan de competitie net zo uitspelen, als sterfelijke, sociale en wilskrachtige wezens, die het samen doen uit liefde voor een complex maar o zo leuk spelletje.
En wat wat het begin goed! De spanningsboog klopte precies, het plan werd uitgevoerd, de tegenstander werkte goed mee, het gevoel was er, de ballen vielen en de ongekende tussenstand van 22-0 stond na het eerste kwart op het bord.
Dat het daarna minder gaat is alleen al logisch als je de opsomming bekijkt van wat er goed ging.
Wat de tegenstander doet en of de ballen vallen is allemaal niet direct controleerbaar en wat er met een strakke spanningsboog gebeurt na een succesvol gebruik is ook heel voorstelbaar.
Periode 2 ging met 5 punten verschil naar HSVB u22. En hoe kom je dan de tweede helft weer aan je beginnersgeest en haal je weer al het mogelijke uit je ubuntu? En hoe kun je dan tevreden zijn over de wedstrijd als je het eerste kwart als maat neemt?
We deden het en dat was dus eigenlijk de grootste overwinning: doorspelen als gewone stervelingen en winnen. Voor de 8ste keer op rij. Een felicitatie waard maar dat is ook de trainingsinzet op een doordeweekse inzet, de wil om en partijtje of een schietwedstrijdje te winnen en de manier waarop iedereen vervolgens weer tot winnaar wordt gemaakt.
We gaan de competitie net zo uitspelen, als sterfelijke, sociale en wilskrachtige wezens, die het samen doen uit liefde voor een complex maar o zo leuk spelletje.
zaterdag, maart 19, 2011
Talent hebben of talent zijn; dat is de kwestie
Ik ben tegen verspilling van talent. Dat voorop. Maar god wat is dat lastig. Je kind wordt geselecteerd voor de talentopleiding en is dat dan niet teveel? Omdat ik dat kind van je ook een beetje ken en ook graag wil dat het met basketball goed gaat, krijg ik dat probleem niet goed uit mijn hoofd.
Het begint bij mij eigen perspectief: Elke dag basketballen? Deed ik. Had ik graag gewild dat dat op school had gekund? Jawel. Had ik dat kunnen combineren met leren? Vast wel. Was ik ervoor in aanmerking gekomen? Beslist niet. In elk geval niet voor mijn 17e.
Daar signaleer ik ook een breed risico, dat verder gaat dan mijn eigen perspectief: we kiezen al te vroeg richting op de middelbare school, we kiezen al te vroeg een studierichting. Onze hersens zijn nog niet klaar als we 18-20 zijn. Wat zegt dat over je 14e?
Aan de andere kant als je echt wat wilt, vertrekt de trein naar de 10.000 uur nu. Als die weg is haal je hem nooit meer in. Waarschijnlijk ook niet, als je later coach zou willen worden, want zo'n systeem heeft de neiging de buitenwereld uit te sluiten.
Is elke dag basketballen teveel voor het lijf? Nou dat hoeft niet: de infrastructuur voor zo'n LOOTsysteem vraagt ook om artsen en fysiotherapeuten, die een belangrijk deel van hun taak bij de opgroeiende kinderen zullen hebben liggen. Zijn die er ook echt? Of komt alles op het levensfasebewuste oog van die fulltime coaches (minstens 1 fte per LOOTschool! Reken maar uit: voor de wekelijkse training in de zaal staat al 10 uur. Met voorbereiding is dat 15. Reken voor coordinatie en administratie ook nog maar eens rustig 3 uur en dan heb je nog oudercontacten - vergadertijd met de school - en niet in de laatste plaats de contacten met de deelnemers zelf en hun prestaties bij hun eigen team. Daar ga je natuurlijk ook wekelijks kijken (misschien kun je wat combineren: zeg eens 6 uur) en ten slotte heb je nog de wedstrijden van het rayonteam en de trainingen in het weekend. Reistijden niet meegerekend: de coach haalt het niet in 40 uur. (en krijgt zij dat?)
De ideale situatie zou natuurlijk zijn dat de clubs helemaal uit het systeem verdwijnen. Daar ben ik wel voor. Zeer voor zelfs: organiseer de hele competitie als scholencompetitie. Elke school zijn eigen basketballcoach, die dan ook nog tijd over houdt voor een eigen vak: bij voorkeur muziek of kunst, want anders wordt het weer zo'n gymnastiekding.
De ideale situatie ligt er nog niet. Pro is het vrij zijn in de avonden - contra is de vrijstelling voor bepaalde vakken, waardoor de topsporter van straks ook al dreigt te verzanden in een peilloze diepte van specialisatie.
Pro is het gezamenlijke doelgerichte van de sport, die ook op andere gebieden z'n uitstraling niet zal missen - contra dan weer de enorme verdunning van loyaliteiten: het eigen team - de schoolklas - de vrienden.
Lastig lastig.
Zullen we maar in elk geval afspreken dat het bij talentontwikkeling draait om wie het talent is en niet wat het talent is?
En dat we mijn spel erbij gaan gebruiken, dat ook.
Het begint bij mij eigen perspectief: Elke dag basketballen? Deed ik. Had ik graag gewild dat dat op school had gekund? Jawel. Had ik dat kunnen combineren met leren? Vast wel. Was ik ervoor in aanmerking gekomen? Beslist niet. In elk geval niet voor mijn 17e.
Daar signaleer ik ook een breed risico, dat verder gaat dan mijn eigen perspectief: we kiezen al te vroeg richting op de middelbare school, we kiezen al te vroeg een studierichting. Onze hersens zijn nog niet klaar als we 18-20 zijn. Wat zegt dat over je 14e?
Aan de andere kant als je echt wat wilt, vertrekt de trein naar de 10.000 uur nu. Als die weg is haal je hem nooit meer in. Waarschijnlijk ook niet, als je later coach zou willen worden, want zo'n systeem heeft de neiging de buitenwereld uit te sluiten.
Is elke dag basketballen teveel voor het lijf? Nou dat hoeft niet: de infrastructuur voor zo'n LOOTsysteem vraagt ook om artsen en fysiotherapeuten, die een belangrijk deel van hun taak bij de opgroeiende kinderen zullen hebben liggen. Zijn die er ook echt? Of komt alles op het levensfasebewuste oog van die fulltime coaches (minstens 1 fte per LOOTschool! Reken maar uit: voor de wekelijkse training in de zaal staat al 10 uur. Met voorbereiding is dat 15. Reken voor coordinatie en administratie ook nog maar eens rustig 3 uur en dan heb je nog oudercontacten - vergadertijd met de school - en niet in de laatste plaats de contacten met de deelnemers zelf en hun prestaties bij hun eigen team. Daar ga je natuurlijk ook wekelijks kijken (misschien kun je wat combineren: zeg eens 6 uur) en ten slotte heb je nog de wedstrijden van het rayonteam en de trainingen in het weekend. Reistijden niet meegerekend: de coach haalt het niet in 40 uur. (en krijgt zij dat?)
De ideale situatie zou natuurlijk zijn dat de clubs helemaal uit het systeem verdwijnen. Daar ben ik wel voor. Zeer voor zelfs: organiseer de hele competitie als scholencompetitie. Elke school zijn eigen basketballcoach, die dan ook nog tijd over houdt voor een eigen vak: bij voorkeur muziek of kunst, want anders wordt het weer zo'n gymnastiekding.
De ideale situatie ligt er nog niet. Pro is het vrij zijn in de avonden - contra is de vrijstelling voor bepaalde vakken, waardoor de topsporter van straks ook al dreigt te verzanden in een peilloze diepte van specialisatie.
Pro is het gezamenlijke doelgerichte van de sport, die ook op andere gebieden z'n uitstraling niet zal missen - contra dan weer de enorme verdunning van loyaliteiten: het eigen team - de schoolklas - de vrienden.
Lastig lastig.
Zullen we maar in elk geval afspreken dat het bij talentontwikkeling draait om wie het talent is en niet wat het talent is?
En dat we mijn spel erbij gaan gebruiken, dat ook.
dinsdag, maart 08, 2011
give & go
Op de international page van de UK stond op 3 februari een alarmerend stuk. Buitenlandse studenten zijn op elkaar aangewezen. Nederlandse studenten kan het niets schelen of Ilya, George, Kim, Chiara of Eeva goed terecht komen in Groningen. En dat is niet goed:
Geen integratie, geen meerwaarde, onvoldoende internationalisering en geen goeie reviews die onze ranking in de internationale Universiteitscompetities opkrikken.
Alarmbel: “We doen er alles aan om allerlei activiteiten te ontplooien! En het wil maar niet lukken: Groninger studenten willen geen mentor worden en als ze de buitenlandse concullega’s al eens een keertje mee nemen de stad in, switchen ze bij het eerste biertje weer naar Nederlands!
En wat we ook maar organiseren: bijeenkomsten, party’s, borrels. Het helpt niet!”
Sport, zei iemand zachtjes. Sport! Nu wat harder en met iets meer nadruk.
HALLO!!! SPORT!!!!
Heb ik de aandacht? Dank!
Integratie en samenwerking hoef je niet te zoeken. Dat zijn wenselijke bijproducten van gezamenlijke inspanning met een gemeenschappelijk doel. Sport levert alles wat die arme , onaangepaste en onwelkome studenten nodig hebben.
Onwelkom? Ik kijk met heel veel plezier terug op en vooruit naar de inbreng van alle Spanjaarden, Schotten, Deensen, Slowaken, Perzen, Amerikanen, Italianen en Finsen op ons pad. Er is gezweet en gesmeed. Inspiratie en integratie. Rennen doet wennen. Een gezamenlijk doel en daar moet een bal in.
Separate Worlds? De wereld is klein - de sporten zijn groot.
Taalbarrière? De verbondenheid die je met iemand voelt, als je met die persoon een mooie give & go loopt, bij een lekkere voorzet, bij een yell na een overwinning, is vele malen groter dan na het gemiddelde gesprek van een half uur bij borrelnoten en bier.
Sport dus, besloot hij.
Geen integratie, geen meerwaarde, onvoldoende internationalisering en geen goeie reviews die onze ranking in de internationale Universiteitscompetities opkrikken.
Alarmbel: “We doen er alles aan om allerlei activiteiten te ontplooien! En het wil maar niet lukken: Groninger studenten willen geen mentor worden en als ze de buitenlandse concullega’s al eens een keertje mee nemen de stad in, switchen ze bij het eerste biertje weer naar Nederlands!
En wat we ook maar organiseren: bijeenkomsten, party’s, borrels. Het helpt niet!”
Sport, zei iemand zachtjes. Sport! Nu wat harder en met iets meer nadruk.
HALLO!!! SPORT!!!!
Heb ik de aandacht? Dank!
Integratie en samenwerking hoef je niet te zoeken. Dat zijn wenselijke bijproducten van gezamenlijke inspanning met een gemeenschappelijk doel. Sport levert alles wat die arme , onaangepaste en onwelkome studenten nodig hebben.
Onwelkom? Ik kijk met heel veel plezier terug op en vooruit naar de inbreng van alle Spanjaarden, Schotten, Deensen, Slowaken, Perzen, Amerikanen, Italianen en Finsen op ons pad. Er is gezweet en gesmeed. Inspiratie en integratie. Rennen doet wennen. Een gezamenlijk doel en daar moet een bal in.
Separate Worlds? De wereld is klein - de sporten zijn groot.
Taalbarrière? De verbondenheid die je met iemand voelt, als je met die persoon een mooie give & go loopt, bij een lekkere voorzet, bij een yell na een overwinning, is vele malen groter dan na het gemiddelde gesprek van een half uur bij borrelnoten en bier.
Sport dus, besloot hij.
Abonneren op:
Posts (Atom)