maandag, juni 12, 2017

Mooi rijtje

De Studentenkampioenschappen zijn ook erfgoed. De eerste keer dat ik erbij mocht zijn was, heette het nog NUK, Nederlandse Universitaire Kampioenschappen. Het was in Groningen in 1977. Ik deed mee als overijverig jurylid. Spelen was voor eredivisiespelers, fluiten voor eredivisie-scheidsen. De finale van het hele toernooi was de basketballfinale. In de ouwe evenementenhal voor zeker 2000 toeschouwers. Groningen verloor, geloof ik.
Als spoedig was ik erbij als vrouwencoach. Vanaf meestal ook als mannencoach. Dat zijn dus dubbele kampioenschappen met in elk geval wel 10 te coachen wedstrijden. Meestal zaten er 6 of 7 wedstrijden in het toernooi. Dus in 30 jaar ongeveer 200 potjes. En best een paar keer met de hoogste medaille om m'n nek gestaan. En dan ben je dus kampioen, he? Maar we trainden en oefenden er ook echt voor en veel collega's in den lande deden ook echt hun best om de beste spelers mee te krijgen. De laatste is altijd de mooiste. Gisteren eindigde de mooiste met -laten we zeggen-  grofweg de tiende hoofdprijs. 30-200-10. Nuver rijtje en mooi stel meiden.
Maar ook een onlosmakelijk deel van de studentenprestatiesport en aardig en memorabel en sfeerverhogend zijn de 25 etentjes en avondjes met de collega's van de andere sporten. En het plezier dat je steeds weer hebt met coaches en met de spelers die mee mogen en voor Groningen uitkomen, maakt dat het vast niet de laatste keer is geweest.

Het spelen zelf is toch altijd het mooiste feestje bij de GNSK.
Zouden we niet toch nog eens weer een ruk aan de kwaliteit kunnen geven? Weer echt goede scheidsrechters... een goed schema... Wij zijn natuurlijk vreselijk verwend door de European University Games vorig jaar maar voor de kwantiteit hoeven we in Nederland geen concessies te doen: er waren dit jaar slechts zes teams.
Dat het niveau bij de vrouwen niet eens tegenviel, kwam in mijn ogen vooral doordat er alleen afvaardigingen waren van steden waar echte studentenclubs zijn: Trajanum uit Nijmegen, Pendragon uit Tilburg, Punch uit Delft, Sphinx uit Wageningen, Tantalus uit Eindhoven en de Groene Uilen uit Groningen. Clubs die regelen wat maar coaches niet meer? Zit daar geen drive om je eigen sportstad op de kaart te zetten en kampioen te worden? We hebben toch overal ook sporters in de topsportregeling? Wat voor uitstraling gaat er niet uit van eredivisiespelers? Ze zijn er nog wel bij volleybal, de Nederlandse (burger)kampioene stond op de squashbaan. Geweldig voor iedereen die tegen en met ze mag spelen.
Als speler heb ik maar twee keer mee mogen doen. De eerste keer was als invaller op de tweede dag. Geweldige medespelers had ik, alleen een beetje brak misschien.. Ik mocht meedoen en dat ging bij mij met zoveel enthousiasme gepaard dat ik al binnen drie minuten vier fouten had en weer op de kant zat. Niet hard genoeg gefeest, ook toen al?

Hoewel. De GNSK, zoals het ergens in de jaren 80 ging heten, is ook echt wel altijd een feest geweest. Soms lijkt het alleen wel of het feest het belangrijkste is geworden. Dat mag van mij wel simpeler. Ter plekke valt er nooit meer te ontkomen aan wat de organisatie voor je bedacht heeft. Terwijl we toch altijd ook wel lol hadden als we gewoon met z'n allen bij elkaar waren: daar even konden dansen, daar kletsen, daar hangen.  Het was en is voor velen vooral een feest van ontmoetingen. Als je slaapzak maar aan die andere past..., zeiden we vroeger.







zondag, juni 04, 2017

Een halve eeuw ziet op u neer

Het Groninger Studentensportcentrum bestaat 50 jaar en Koos Kuiper en uw dienaar gaan een poging doen de historie van dit stukje werelderfgoed eer aan te doen met behulp van een glossy magazine. Bewust niet het ultieme historische overzichtswerk maar wel een bundel beelden en artikelen om het Sportcentrum zoals velen het van dichtbij ervaren hebben in het zonnetje te zetten.
Zoiets samenstellen stemt zeer tot bezinning, kan ik u meedelen.
Werelderfgoed; overdreven? Waarom? Als de studentenverenigingen al eventjes op de nominatie hebben gestaan waarom dan niet de Studentensport?
Welke student is er immers niet groot mee geworden? 
Wat betekent deze tempel, deze culturele en sociale vergaarbak, dit Pantheon van de sport, dat heeft neergezien op een halve eeuw geschiedenis maar niet de 20 eeuwen van de piramiden gaat halen maar als een soort Palmyra ten offer valt aan de ISIS van de tijd en de steeds veranderende tendensen en nu toch echt wel dringend aan vervanging toe is?
En wat voor eisen stelt de studentensport in de internationale studiestad aan een nieuw centrum?
We vieren het gouden lustrum rondom het gebouw dat er nu staat. Maar we vieren de architectuur niet, we vieren het bestaan van een fenomeen.









maandag, mei 15, 2017

Stadjers spelen niet bij de studenten



Nee; ik hoor niet bij de oprichters van Groene Uilen. Toen ik ging studeren speelde ik al basketball. Bij een zogenaamde burgerclub. De stad was vergeven van clubs. Martini Stars speelde eerste divisie, met een allemaal Stadjers, die daar ook de jeugd hadden doorlopen. Net als Celeritas. Er waren meer bolwerken: gedeeltelijk hingen ze nog aan middelbare scholen en gedeeltelijk was de doorbraak begonnen. Zo had Olympia een goede tweede divisie mannenploeg: Olympia vrouwen speelden eerste divisie. Het avontuur van BVG was ook net begonnen.
Dubbele licenties bestonden nog niet. Het idee was dat schaduwverenigingen een platform zouden bieden aan de tweede garnituur van de grote clubs. Dat waren spelers die natuurlijk om zich heen keken.Tweede teams mochten niet promoveren, de schaduwteams eventueel wel. Maar die begonnen wel in de allerlaagste standaardklasse. BVG had “Time Out”, Celeritas kwam origineel met het niet bestaande latijnse woord Celeritudo) Ik zat bij het farmteam van Olympia. Je wist niet beter: je hoorde bij een bolwerk; de vlucht naar de studenten lag niet voor de hand

Maar: voor topbasketbal kon je eigelijk best terecht bij de studenten: het vlaggeschip, Donar, had wel net de ACLO vaarwel gezegd en was aan de hand van het Nationale Nederlanden Grootkapitaal aan de opmars begonnen waarvan we allemaal weten waartoe die heeft geleid maar ook Enos heren 1 en Uilen dames 1 speelden, in heel korte broeken, eerste divisie. 
Het grappige was, dat er dus maar heel weinig bewoog tussen de studentenpopulatie, die van elders kwam, en de studenten uit Groningen. 

Mijn eigen team zat tjokvol met stadse studenten en daarmee speelden in de allerlaagste standaardklasse ook tegen Moestasj - net uit de as van studentenclub verrezen. (maar Phoenix was een club uit Coevorden, dus die vreemde naam was bovenkomen drijven.) De studenten van Moestasj (en Uilen en Enos) kwamen we tussen de middag tegen bij de algemene uren op de ACLO in sporthal Paddepoel. Want hee…. daar kon je op groot veld spelen op je ACLO kaart a 13 gulden 50. En dan ’s middags weer naar college … of naar het pleintje op het Guyotplein … daar waren ook altijd spelers en ’s avonds in een klein, verstopt gymzaaltje, met de burgers. 

Door alle meespelen en meetrainen met Enos, Moestasj en Uilen drong het langzaam tot me door, dat het hele studentbasketball bestond uit een massa vreemdelingen uit de polder, uit Friesland of uit Twente, gelardeerd met wat Oost-Groningers, een enkele Drent en soms een verdwaalde student godgeleerdheid uit Vermont. Allemaal mensen die hun wortels niet in Groningen hadden maar er wel vaak hun ankers hebben laten zakken.

In mijn derde jaar (seizoen 78/79) maakte ik de overstap naar het studentenbasketball en ik voelde me  meteen thuis in de vergaarbak. 
Het werd een beetje gevoeld als verraad. Overlopen. Dat deed je toch niet. Nog steeds bestaan er stadjer-studenten, die nooit Paddepoel als thuishaven hebben gekend. Rare jongens die studenten, zeiden mijn oud teamgenoten … zelf studenten. Ze hadden natuurlijk wel gelijk en dat is in elk geval nooit veranderd.



woensdag, april 19, 2017

Even checken: Als vrienden? -- dus uit elkaar.



Een van mijn interessantste teamontwikkelingsprojecten of all time is afgerond. Groene Uilen 1 gaat na drie jaar op zoek naar een nieuwe vrouwencoach voor het komend seizoen.
Interessant was het zeker. Drie jaar geleden rolden we er met elkaar in, met drie uitdagingen - in mijn achterhoofd in elk geval.
In de eerste plaats het grote plaatje. In het programma van de Universiteit, de studentensport en de club hoort basketball op "Hoger Wedstrijdsportniveau". Voor het noordelijke basketball ligt de taak om enig niveau voor senioren te handhaven, al jaren lang bij de Groene Uilen.
Check.
Vervolgens was er het team waarmee die plek in de club en in het basketball zou moeten worden verdedigd: een mix van een beetje rijp en (ja:) vooral groen. De rijping zou eerst moeten komen door ontwikkeling van persoonlijke onafhankelijkheid. Eigen keuzes maken, eigen beslissingen nemen over de rol en de taak binnen het team en over de eigen weg om beter te worden. En van die onafhankelijkheid naar een gezamenlijke verantwoordelijkheid: Ik geloof dat als mensen er bewust voor kiezen om een rol te spelen in een team de samenhang van dat team versterkt.
Check.
In de derde plaats de teamleden zelf. Zo'n omgeving als hierboven bedoeld zou ze de kans geven om zich als speelster, als teamlid, als clublid en als mens te ontwikkelen.
 En al deze suffe, slimme, blije, kwetsbare, sterke en gekke meiden zijn me, door alle lief en leed van de weg die we samen zijn gegaan, dierbaar geworden. Coach Pieter zei het ook nog: jullie zijn allemaal gewoon lief.
Daar wil ik nu even bij stil staan.
Toen één van de meiden een paar wekentegen me zei: dan kun jij me daar wel bij coachen, toch?, antwoordde ik al, tot har en mijn eigen verbazing: "Nee. Dat kan ik niet."
Het drong toen opeens tot me door: als je te dicht bij mensen komt, verlies je als coach je competentie bij hen. Vrienden worden betekent het eind van je professionele relatie. Deze scheiding van nu beschouw ik als de derde Check: De meiden zijn zelfstandig genoeg geworden om in te zien dat  project klaar is en geen traject moet worden.
Voor de gezelligheid (geen mes meenemen, Kaj, dan mag je dit keer ook binnen op het feest!) ga ik nog met ze mee naar de GNSK. Als professioneel basketballtrainer begeleid ik de stappen naar samenstelling van de teams. Dit team heeft mij als coach voorlopig niet meer nodig.
Vrijdag maar eens eten met een ander team uit de topdrie.... al meer dan dertig jaar
vrienden voor het leven..

zondag, april 02, 2017

De man met de hamer

Het is Marten Lutherjahr. Vooral bij onze oosterburen maakt men werk van de historische protestactie van deze steile, geleerde monnik, die 500 jaar geleden zijn stellingen op de deur van een kapelletje in Wittenberg timmerde.
Gisteren was ik de man met de hamer. Laura had de chocola. Dat kwam zo: We komen op uitwedstrijden altijd langs en meestal in de Hajé bij Lelystad. Plas- en koffiepauze. (Meestal ontspint zich daar de volgende dialoog: coach: "Moeten we ons niet een laten sponsoren door de Hajé? Als we de helft van onze uitgaven per jaar gesponsord zouden krijgen is dat toch al gauw..... en dat hoeft ze eigenlijk niks te kosten... toch? " Speelsters: "Je valt in herhaling, Kaj. Dat zeg je elke keer maar je doet er niks aan.")
Alles bij de Hajé is te koop, geloof ik. Maar in ieder geval is daar 1 item waarover Laura in herhaling valt. Een blok Chocola dat er zo onaantastbaar groot uitziet, dat er meteen een hamer in het pak is mee verpakt, voor het geval dat je het echt zou durven aanbreken. Laura zegt dan: "Wacht maar.  Bij de láátste uitwedstrijd....."
Die wedstrijd was gisteren. Tegen Wyba. Dat komt uit Wijchen en dat ligt in het oosten van Nederland. We zijn dol op uitwedstrijden maar we rijden er niet voor om als dat niet hoeft. Dus we kwamen niet langs Lelystad... en nergens anders verkopen ze chocola met hamer.
Nu zijn Uilen over het algemeen best slim. Er was ook wel een éénnalaatste uitwedstrijd. Waren we toen over Lelystad gekomen, dan had de aanblik van het blok chocola ons ongetwijfeld doen beseffen dat het toen of nooit was en had dat getriggerd tot aankoop. Toen stonden we echter verstandig genoeg stil bij het werk aan de weg en namen we de gelegenheid te baat om Janne de afsluitdijk te laten zien.
Toch zou het er nog van moeten komen: Laura stelde manmoedig dat ze dan wel chocola van huis mee zou nemen en ik stelde meteen een van mijn talrijke hamers beschikbaar.
En toch is het niet gelukt om beide tot elkaar te brengen. Hamer in ene auto - chocola in andere - en de chocola kwam de man met de hamer niet tegen. En de Uilen ook niet, dus wat er ook allemaal misging, de laatste uitwedstrijd ging best.

woensdag, maart 29, 2017

Gala




 Afbeeldingsresultaat voor gala koffie van niemeijer
Ruim veertig jaar geleden waren er ook op laag niveau een heleboel basketball-clubs die hun naam aan moesten passen. Ze hadden een sponsor gekregen en het mooist was als club en sponsor in één keer genoemd werden. Dat kwam neer op een voorvoegsel: NN Donar, Raak Punch, Levi’s Flamingo’s. Sponsoring leidde tot hilarische toestanden overigens, omdat de linkse kranten niet aan gratis reclame voor bedrijven wilden. Zo werd Jolly Jumpers in de Volkskrant steevast afgekort tot Jumpers, omdat het paard van Lucky Luke werd verward met het toetje van Unilever. En dat terwijl Jumpers toch echt uit den Haag kwam en niet uit Tubbergen.
In die tijd speelde mijn ongesponsorde team van omnivereniging Olympia in de interregionale jeugdcompetitie tegen Gala-Menhir uit Sneek. Een makelaar in Koffi als geldschieter is niet veel gekker dan een kleermaker van spijkerbroeken of een frisdrankverpakker, tenslotte. (zelfs de merken Samson (ook van Niemeyer) en Smirnoff zijn nog een tijdje oogluikend toegestaan)
Maar ik dwaal af: het ging me om het fenomeen gala. Die doen het blijkbaar goed. Naar het Snitse Gala reisden we af in clubuniform. Op het ACLO-sportgala gold een andere dresscode.
Een in mijn ogen nodeloos ballerige dresscode. Ik ben de laatste die iets negatiefs zal zeggen over sportmeiden met een blote jurk. Daar is volgens mij ook niets negatiefs over te zeggen. Ik ga me ook niet uitputten in het bashen van jonge mannen in wat voor oubolligs dan ook. Toch stond ik er mal tussen en dat kwam niet door mijn jasje en mijn overhemd. Ik wissel dat dagelijks naadloos met een trainingspak. Ik voelde me niet thuis omdat bijna iedereen tenminste 35 jaar jonger was en dat het vooral leek te gaan om drank en lawaai. Wat doe je daar dan? Ik hoor het u denken. Inderdaad. Het was een beetje een moetje. De tol van de roem als je op hoog niveau kampioen wordt. Gala’s zijn niets voor mij, zeker niet als allebei je nominaties niet op verkiezing uitlopen… , je als enige vertegenwoordiger van het basketball aanwezig bent en als het enige gesprek dat je voert, draait om de vraag of ik de fotograaf was…
Het is ook mijn context: Groene Uilen hebben nooit aan gala’s gedaan. Zij zijn altijd wars geweest van uiterlijk vertoon. En nu is dat ook verleden tijd. Het diamanten bestaansfeest van de klassieke basketball-vereniging is gevierd met (onder andere) een gala…. Ik ben er geweest. Het grote positieve onderscheid was wel het aantal basketballers… vroeger zou ik zeggen: gelijkgestemden… maar de meeste aanwezigen hadden duidelijk meer met het fenomeen gala, dan dit oude buitenbeentje…. 
Gala? Uilen? Veel echte gelijkgestemden waren er niet...


zondag, januari 22, 2017

over overschrijven

Het is veel leuker om over vrolijke zaken te schrijven.
Vorige week nog had het hier kunnen gaan over:

winterse landschappen,
overwonnen ontberingen
en nagenieten
gedeeld plezier, geslaagde grapjes,
de veerkracht van de tred naar de training
glimlachjes en geurende netjes
zin in nu en zin in straks.

Had ik dat maar gedaan. Vandaag doet schrijven zeer en moet Remco Campert me maar even weer door de zondag sleuren. Dat kan hij meestal ook goed. Hij vult zijn collum in de Volkskrant met stukken van oude gedichten. Dit weekend heeft hij behoefte aan moed. Ik mag hem wel een beetje plagiëren:

soms is er een dag dat ik me
lamlendig voel
suf, futloos
zelfs de schoonheid van het spelletje houdt zich
ver van mij verborgen
of zo dichtbij
dat ik haar over het hoofd zie

de coach is het spel
24 uur per dag
een alchemist
die van het lood
van het dagelijks leven
af en toe goud kan maken

zo spreekt de coach
zichzelf soms moed in
want soms ontbreekt
het magisch ingredient
is het flesje onverwacht leeg
vergeet hij
een rituele handeling

soms mist de coach
de alchemist
Fingerspitzengefühl
wanneer
een hogedrukgebied
van verwachtingen
de bereiding anders maakt

dan wil je wel
blijft spel inspanning
blijft het lood grijs
zwaar en zonder glans
hoofden naar beneden
een zwikkende enkel
een moedeloos gevoel
in dierbare ogen

en dan volgt zo'n dag
die lamlendig, futloos begint
en zich maar langzaam vult
met dagelijks leven
de grondstof
voor het goud
van de zin in nu

















donderdag, oktober 06, 2016

Chemie en prijs

Hoop op chemie en een prijs. Het zijn de woorden van de nieuwe bondscoach van de handbaldames. De handbaldames zijn een divers gezelschap van meiden die overal ver de wereld spelen, het beste zijn wat Nederland bij elkaar kan brengen en al heel lang toewerken naar de wereldtop. In het afgelopen jaar scheelde het niet veel of ze hadden echte prijzen gewonnen. Het is eigenlijk wachten op de echte prijs. 
In de Groningse Chemie is al een prijs gewonnen. Het handbalverhaal zou verder ook het verhaal van team Feringa kunnen zijn. Decennia hard werk, geniale mislukkingen en kleine successen en al enkele jaren hoge verwachtingen. Succes heeft vele vaders, moeders en neefjes en nichtjes. Feringa wees er nog maar eens fijntjes op: 17 nationaliteiten in de groep en vogels van diverse pluimage die ook in het onbekende onbekende moeten durven duiken en op hun neus moeten durven gaan. Het feit dat je dit nu haalt is dankzij alle investeringen en vergissingen uit het verleden dus laten we niet de fout maken en nu, bij dit behaalde succes minder in te gaan investeren. 
Dat geldt zeker ook voor de handballers maar die blijven gretig omdat ze die echte prijs nog niet hebben. Zij willen bewust op het hoge niveau blijven en een voorwaarde daarvoor is vooruitgang, nieuwe dingen blijven proberen, nieuwe mensen inpassen, ook dwarsliggers en nieuwe stappen maken. Een prijsje helpt dan en geeft je, net als bij Feringa c.s. even een steuntje in de rug en het helpt die andere chemie. 
Dit soort chemie waar Helle Thomsen het over heeft, gaat aan de winst vooraf. Wie reageert met wie, wat condenseert waar en wie katalyseert het geheel. Veilige werkomgevingen spelen een rol, persoonlijke factoren, eureka-belevingen, warmte, toeval. Mojo.
Ook onze Uilen gaan weer door het hele proces van vallen, opstaan, nieuwe verbindingen, wrijvingen en weerstanden en foute beslissingen heen. Kampioen worden was mooi maar successen uit het verleden……
Natuurlijk zou het fijn als we kleine nanomotortjes aan de rol konden krijgen om processen te versnellen maar misschien moeten de reageerbuizen ook wel gewoon goed doorgespoeld worden.

De Nobelprijs voor teamvorming zal dit jaar ook wel weer aan Groningens neus voorbij gaan. maar wie weet een volgende keer? Over onze bevindingen zullen we uiterwaard uitgebreid blijven publiceren..

woensdag, augustus 10, 2016

TEAM NL

Stel; je hebt een belangrijk toernooi. Een kampioenschap.
Daar ga je naar toe met je team, omdat je dat allemaal verdiend hebt. Geweldig. Het is natuurlijk nogal een organisatie, dat wel. Je moet allemaal afspraken maken, wat moet er mee, waar moet je wanneer zijn?
Je krijgt een een teamoutfit want je wilt je natuurlijk ook echt als team presenteren. De fietsers, de zeilers, de handballers, ...
aparte teams met aparte doelen, individuen met een eigen aanpak in een eigen voorbereiding maar ook samen één groot team.
Zo'n landenteam kun je natuurlijk niet zomaar op reis, de woestijn in sturen. Op zo'n moment dalen minstens Tien Geboden neder: Gij zult niet dit, gij zult niet dat.

Veel coaches en bondsbestuurders houden er erg van om de rol van Moses te spelen. Een basketballcoach waarvan de naam mij ontschoten is, had ooit "de regels" heel duidelijk gemaakt: Daarin was ook precies vermeld wat de sanctie was op welk vergrijp. Een van zijn topspelers miste de avondklok en werd dus op de tribune gezet in de belangrijke wedstrijd. De wedstrijd werd verloren, weg mooi seizoen.
Hij kwam bij Red Auerbach, de enorm succesvolle coach van de Celtics, om te klagen over dit onverantwoordelijke gedrag van zijn speler en kreeg de kous ontzettend op de kop: "Je had hem toch ook een boete kunnen geven, of corvee laten doen?!", verweet Auerbach hem. Misschien had je dan de wedstrijd gewonnen en had je het Heilige Land wel binnen mogen gaan, als leider van het volk, was zijn achterliggende gedachte.

Als we met z'n allen zo graag willen dat TEAM NL bij de Olympische Spelen iets voorbeeldigs is, dan had ik, liever dan zich voorbeeldig gedragende sporters, graag een voorbeeldig TEAMgedrag gezien. Zo'n voorbeeld stel je niet door iemand weg te sturen die zich niet helemaal zo gedraagt als de anderen. Bij het hartige woordje dat je met zo iemand moet spreken horen open armen en een luisterend oor. Een voorbeeldig team koestert zijn leden -ook de speciale gevallen- en niet zijn geboden.


woensdag, juli 20, 2016

De Balkan route

Zagreb, hoofdstad van Kroatië, misschien wel de hoofdstad van het Europese basketball.
Da laatste schiet me nu te binnen nu ik dit schrijf, net nadat we de finales en de prijsuitreiking van het Europees Universitair Kampioenschap meegemaakt hebben in de Drazen Petrovic Hal en, langs het standbeeld van de man die de NBA al twintig jaar geleden had kunnen veranderen, weer terug zijn gekeerd in het “dorp” van de 2016 EU Games. 
We zijn net runner up voor de Fair Play Trofee gebleken, de enige prijs waar we vooraf kans op maakten en waar we hard – maar fair- voor hebben gestreden. Die gaat naar de vrouwen van Würzburg. Vooruit dan maar. Er is zoveel wat je hier wel wint. 
Waar anders kom je, als modale nummer 8 van Nederland, het halve Roemeense nationale team tegen (66-100)? Waar kun je je meten met een flink deel van de Kroatische kampioensploeg (51-102) waar kun je tegen een volledig uit Euroleaguespeelsters bestaand Litouws universiteitsteam in overtime partij geven (88-94)? 
Waar 3000 andere studenten-topsporters tegenkomen, waar een opening van Olympische proporties meemaken en ook verder het gevoel krijgen dat de keuze die je hebt gemaakt om naast je studie ook serieus met topsport bezig te gaan, ook echt gewaardeerd wordt, net zoals andersom?
In Zagreb dus. Als Universiteit van Groningen willen we hier  echt zijn… 
Als vertegenwoordiger van de “samenwerkende Groninger Universiteiten”, kwijt ik me een dikke week met veel plezier van mijn taak. Al denk ik dat dat we er ook als instelling nog beter kunnen scoren. Door net als Newcastle, net als Bologna, net als Aix Marseille, net als Alba Julia aan de weg te timmeren als topuniversiteit waar ook je o zo veel toevoegende sportcarrière niet stil hoeft te staan.
De Balkanroute naar beter. Voor mijn ploegje een uitgelezen kans om persoonlijk - en als team internationale ervaring op te doen voor Groningen een kans om weer wat op de ranking te stijgen: Groningen, basketballuniversiteitstad nummer 14 van Europa.  
Het eerste stapje naar nog hoger is gedaan. Welke buitenlandse (sub)toppers kunnen we op deze rijdende trein laten instappen? Mag ik volgend jaar wat foldertjes mee nemen op het vervolg van de route? 
De voorbereiding op de promotiedivisie én op Hongarije 2017 begint vandaag. Met vakantie. want daar zijn we hierna wel aan toe...

donderdag, juni 16, 2016

Promotie of promotie?

Wat ze ons nogal eens vragen, nadat we kampioen van de promotiedivisie zijn geworden, is of we nu ook van ons promotierecht gebruik gaan maken. Studentenbasketballvereniging Groene Uilen na 36 jaar terug in de eredivisie? Een kroontje op het werk van de club? Een beloning voor het jarenlang op net niet allerhoogste niveau handhaven van een mogelijkheid om goed te basketballen, terwijl toch die andere ontwikkeling op 1 blijft staan?
We hebben ook wel een antwoord dat nog weer eens genoemd werd bij een andere promotie. Die van Sanne te Wierike. Deze jonge doctor had het over de macht van vergelijkingsmateriaal in de basketballopleiding. Op een vraag van aan geïnteresseerde leek uit het publiek zei ze dat een Nederlandse NBA-speler in de nabije toekomst niet onmogelijk is maar ze noemde als voorwaarde voor een structurele verbetering van deze kans ook de verbreding van de sport.
Die verbreding is ook de kern van ons antwoord op die vraag: Omhoog met Uilen? Groningen ook voor de vrouwen weer op de landkaart? Basketball ook qua competitieniveau topsport? Graag.
Ja het antwoord is graag omhoog. We kunnen best die paar aanpassingen doen, die ons op langere termijn laten aansluiten bij de nationale top. Eén keer vaker trainen in de week? Dat gaat lukken.
Een computer naast het veld zetten met iemand erachter, dat lukt ook wel. Topsportbeurzen? Ja hoor, geen vetpot maar het kan. Aantrekkingskracht voor semi toppers en voor publiek? Zeker, maar de voorwaarde is die verbreding.
Dus basketball-bond: Ons voorstel is om de top 5 uit de promotiedivisie te laten promoveren. Zonder dat het duurder wordt. Eredivisie weer naar een levensvatbare omvang van 12 teams. Witte vlekken op de kaart invullen. De top verbreden. Dan hoeven al die teams niet bang te zijn om het hele jaar kanonnenvoer te zijn voor die huidige 7 topploegen.
Door een afwisseling van wedstrijden tegen echte toppers -waarin je ziet wat je nodig hebt- en tegen teams met een vergelijkbaar uitgangsniveau - waarin je speelt voor de winst en waarin doelstelling kan zijn handhaving of misschien wel die ene extra playoffplaats- maak je groei mogelijk. Van de teams, van de talenten  maar ook van dat basketball in de breedte.
Ook best aantrekkelijk voor de elite. Die speelt best vaak tegen elkaar, maar heeft ook opeens ruimte voor experiment, voor groei van de eigen talenten.
Het probleem van potentieel dragende speelsters die op het eind van de bank verkommeren zou ook opgelost kunnen worden door de overstap naar een ander team en een andere rol mogelijk te maken.
Dus: Uilen omhoog? Graag en dat is voor iedereen goed. Mits promotie ook promotie met zich mee brengt.

zondag, juni 05, 2016

achterflaptekst

Beste lezers,
(Ja ik richt me maar speciaal tot jullie, al komen natuurlijk ook andere wezens een blik werpen op deze uithoek van het internet. Er is een goede reden om me tot jullie te richte.)
Ik ben jullie een excuus schuldig. Nu heb ik eindelijk, na 40 jaar license to coach, die bundeling van stukjes gepubliceerd en toch ben ik eigenlijk niet klaar. Velen van jullie hebben het papieren exemplaar inmiddels in handen en wat moet het een teleurstelling zijn geweest: het boek is niet compleet: Zoals de bibliothecaris van de UB al zei: "Moet ik nou zelf al die pagina's gaan tellen? En er staat geen ISBN-nummer in, ook!" En zoals een gewaardeerde collega opmerkte: "Dan kom je dus ergens tussen Bobby Knight en John Wooden op mijn plank maar dan kan ik je niet terugvinden want er staat niets op de achterkant!"
Het is waar. Ik trek me die kritiek allemaal aan. Dat hoort beter. Het volgende boek wordt ook beter, dat beloof ik. 
En zelf heb ik dan nog het dingetje van de flaptekst. Ook die ontbreekt op het boek. En eigenlijk moet iemand anders die ook schrijven, natuurlijk. 
Maar gelukkig ben ik ook blogger en hoef ik me dus niet aan alle conventies te houden en daarom voeg ik hier dan toch maar een zelf uitgeflapte tekst toe: uitprinten en opplakken, ik juich elke vorm van huisvlijt toe.

Flaptekst
Om dit boekje te waarderen, moet je wel een paar flinke horden nemen: je moet namelijk wel van basketball houden of tenminste van sport in het algemeen of dan toch van studeren, van wetenschap of van samenwerken, van de maatschappij of desnoods van het leven zelf. 
Anders zou ik er niet aan beginnen want over andere dingen gaat het niet.

maandag, mei 23, 2016

After the Championship..

.... is before the Championship.
Zo sta je kletsnat van een emmer bloemenwater te lachen met een bloemetje in je hand en zo gaat het leven weer verder.
Leuk is om nu even te analyseren hoe het zo ver heeft kunnen komen. Achteraf zijn we daar allemaal helderziende in: Onze belangrijkste tegenstander, behalve Baros natuurlijk, is  Cangoeroes geweest. Achteraf is dat volkomen duidelijk!  De twee verliespotten in de eerste competitiehelft hebben niet alleen tot specifieke verbeteringen geleid (na de tweede wedstrijd tegen de Utrechtsen, een double-overtime thuisnederlaag in december, stonden we op 5 gewonnen 5 verloren - daarna hebben we 11-3 gescoord in de eigen competitie. Misschien nog wel belangrijker was het belang van alle wedstrijden die volgden: In de laatste twee maanden stond er zoveel druk op de wedstrijden dat we vanzelf ook met grote urgentie en scherpte getraind hebben en als team grote stappen hebben gemaakt. Hadden we, net als de andere topteams in de competitie, de volle buit gehaald tegen Cangoeroes, dan waren we veel eerder zeker geweest van de final 4 en zodoende misschien wel in slaap gesust.
Achteraf voorspellen is niet zo moeilijk. We zien wel hoe de mier op dat speciale boomblad gekomen moet zijn. Dat is wel logisch. Maar waarom op dat blad?
Maar in elk geval stonden we daar op een mooie zaterdag blij te zijn met die beker in Zwolle.
En net zoals we na elke wedstrijd weer naar voren kijken en door gaan met leven, ("hout hakken, water halen", zeggen de indianen) zo doen we dat nu ook: ons wachten de volgende kampioenschappen. De GNSK in Groningen in juni, de Europese Studenten Kampioenschappen in Zagreb in juli... en dan begint de cyclus weer opnieuw.
En gaan we dan echt promoveren naar de eredivisie? Ja hoor, als Baros, Das, Almonte en US ook mee gaan, dan willen we dat best. Maar de voordelen voor wie dan ook, om als enige promovendus, na een jaar kanonnenvoer te zijn geweest, vervolgens failliet te gaan aan de extra kosten, die zie ik niet zo. En heeft de promotiedivisie haar naam geen eer aangedaan als promotie voor het basketball?

zondag, mei 08, 2016

Uilenspeaker uit Delft

Bij onze laatste thuiswedstrijd van het seizoen, hadden we een speaker uit Delft. DE speaker uit Delft, eigenlijk. Wat maakt dat uit, zul je zeggen. Nou,
wel iets. Als ik u even mee mag nemen:

Teamontwikkeling doorloopt fasen. Vorig seizoen hadden we een klein team dat heel erg op elkaar was aangewezen en ingespeeld en op een gegeven moment zelfs bij wijze van spreken de biologische klok gelijk had lopen. Echt een van mijn beste teams, als team, ooit. We kwamen van ver en we kwamen ook ver, al haalden we "Zwolle" net niet.
Toch ga ik nu zeggen dat we nu, mei 2016, nog een klein beetje verder zijn: als fase 1 los zand is en in fase 2 op een aantal vlakken redelijk wordt samengewerkt, dan zaten we vorig jaar beslist in fase 3. Behoorlijk hecht door het hele team heen, gezamenlijke doelen helder, veel voor elkaar over en een duidelijk beeld van de tegenstand.
Aan het begin van het seizoen dachten we dan ook best snel de volgende stap te kunnen maken maar we kwamen toch een beetje bedrogen uit. Dat sterke gevoel van eenheid en elkaar echt graag mogen, blijkt dan ook een keerzijde te hebben: Een team in fase 3 heeft moeite met mensen van buiten en daar kwamen er een paar van. nieuwe speelsters. Ook echte basketballers, ook gedreven en net zo bereid tot offers aan het gezamenlijke doel, maar toch: van buiten de teamvesting, van buiten de eenheid. En natuurlijk zag het team de voordelen van fris en van meer en natuurlijk wilden ze die nieuwen binnenhalen in de Mojo, die al zo puik was. Maar zo natuurlijk gaat dat niet. De andere achterkant van het gelijk was het graag mogen. Voor mensen die je graag mag, wil je alleen het beste en als het eens anders gaat dan bedoeld, accepteer je dat ook. Dat is mooi maar het staat ook de kritiek in de weg die je nodig hebt om van goed naar beter te gaan. In fase 3 doe je dat niet zo maar. Dat was nog niet zo makkelijk, dus, die volgende stap.
Onder druk wordt alles vloeibaar. Gedurende de bijna eindeloze serie van finales tot nu toe, gingen we niet alleen harder spelen maar ook harder trainen, werden de duels tussen de teammates feller en werden er ook onderling blikken en gebaren gewisseld die we nog niet eerder zagen. Ook de coaches deelden in die uitwisseling.
Maar we hielpen elkaar wel weer overeind en als de groepen wisselden gingen we net zo bezeten aan de zijde van de tegenstander van net de strijd weer aan. En de meiden gingen wel door met samenwerken om geld voor de club en voor onze trip naar Kroatië bij elkaar te krijgen.
En in de wedstrijden zagen we iets ontstaan waar we wel blij van werden.
Na de pittige strijd van de eerste halve finalewedstrijd tegen DAS, hoorden we onder het genot van een bitterbal, dat er een hele bus supporters naar Groningen zou komen. "Maken we er weer een feestje van", zei spreekstalmeester Marcel. Om daar meteen op te laten volgen: "Hebben jullie ook een speaker?"
Die hadden we nog niet maar toen toch wel.
Een fase 4 team voegt aan alle hechtheid en het elkaar mogen, ook nog eens waardering voor de buitenwereld toe, spiegelt zich daar op een positieve manier aan en haalt daar ook kracht en ervaring uit. Het spelletje wordt met begrip en waardering voor andere betrokkenen ook breder en nog leuker.
"Leuk dat ik dit bij jullie mag doen", zei Marcel. Dat vonden wij ook. Bedankt. We durven dit soort dingen aan. Een klein, voorzichtig doorkijkje naar fase 4.
Klein en voorzichtig, want er is nog een aspect van samenwerken dat dat fase 4 laat uitstijgen boven fase 3 en dat is onderlinge feedback. Ongezouten kritiek waar we elkaar voor bedanken en waar we wat mee kunnen. Fase 4. 2.0. Daar gaan we aan werken na de finale van volgende week. Lets have fun again, ladies. Just us, en de Groene Uilenbus..


zondag, mei 01, 2016

Er midden in

"Pittige wedstrijd", zei de speaker in Delft, "misschien wel te pittig." Het laatste ontglipte hem misschien maar we signaleerden het duidelijk. We konden weinig meer doen dan glimlachen, de schouders ophalen en zorgen dat onze meiden zich gesteund voelden in hun pittigheid.
We zitten er midden in, in de hectische slotfase van de promotiedivisie. En pittig was het.
Hoewel er in Delft ook een prima centercourt ligt, had men er voor gekozen om het gebruikelijke, achterste veld weer gezellig te maken. Thuisvoordeel pakken. Dat lijkt me terecht. Uit een heksenketel komt tovenarij. Met volle tribunes ben je al een heel eind en dat je dan achter het veld alleen een kale muur ziet nemen ze voor lief. Het gaat toch om wat er voor die muur gebeurt. Dat de banken met de rug naar de tribunes staan is een bijkomend effect. En het mooiste is natuurlijk dat je dan de harde kern van de supporters met toeters achter de bank van de bezoekers kan zetten.
Met je stemgeluid kun je dan als coach niet veel rust meer brengen. Een schreeuwen en overduidelijk "read my lips" doen, zal ook niet zo'n rustgevende aanblik zijn geweest. Bovendien: een overdosis intensiteit hadden wij ons zelf ook al eigengemaakt in een boel spannende wedstrijden en echt competitieve trainingen.
Kortom: ideale omstandigheden voor een pittige wedSTRIJD die zich geheel binnen het meest primitieve gedeelte van de hersenen afspeelde. Het vecht of vluchtsysteem. Het brein schakelt alles uit wat er niet direct nodig is om te overleven. Het prefrontale gedeelte dat bewuste en onderbouwde beslissingen kan nemen hangt er maar een beetje doelloos bij. En vluchten, dat was even geen optie.
Coachen is absoluut geen onderwijzen meer. Het gaat er nu om om sport sport te laten zijn. We zitten er midden in. Heerlijk.

Volgende week zaterdag, 14.00 uur bij ons. Alles nog open.

donderdag, april 21, 2016

Gekheid


In maart eindigt altijd het Groot Amerikaans Studenten Kampioenschap. De belangstelling voor de professionele Basketball competitie taant dan zelfs een beetje. Je kunt jezelf benoemen tot supporter van een NBA team, maar elke Amerikaan voelt zich, van huis uit, toch vallen onder de invloedssfeer van een Universiteit of College of anders wel met de stad waar die is gevestigd.
Amateursport (lees: Universiteitssport) is big business, juist door deze betrokkenheid. “Amateur” moet je dan ook duidelijk met een korreltje zout nemen. Spelers verdienen (nog) geen geld maar Universitaire sportteams zijn miljoenenbedrijven, ondanks het nogal regionale karakter van de competities.
De aard van de universitaire sport maakt ook de coach tot een speciaal geval. Een coach is een docent aan de universiteit, hij moet daar een opleiding voor hebben, maar aan de andere kant is elke coach in het seizoen dagelijks in het lokale nieuws, vaak met een eigen TV-show zelfs. Hij echter ook duidelijk “hired to be fired” en wordt zwaar afgerekend op de resultaten. Langdurig succesvolle coaches raken gevesitigd en bepalen mede de resultaten van het hele programma en daarmee – niet te vergeten- de ranking van hun universiteit op de internationale ranglijsten, zoals in de Times Higher Education Supplement. Hun salarissen zijn uiteraard navenant.
In maart zijn alle regionale competities afgelopen en heb je je al dan niet gekwalificeerd bij de beste 64 teams, die elkaar vervolgens voor een miljoenpubliek in de strijd voor eeuwige roem uit het schema proberen te kegelen.
March Madness, zoals deze GASK in de volksmond bekend staat, betekent echte gekte: de verkoop van body paint in University colors gaat door het dak. Het is topdrukte bij de gokkers. In sommige kringen (neem bij de Obama’s thuis) gaat het nergens anders meer over.
Dus we doen: zoek de verschillen:
Later dit voorjaar de geweldige GNSK in Groningen. Doe uw voorspellingen en praat erover tijdens de soos van de BRUG!
Coach Hans Nieboer is ACLO coach of the year geworden door met het Groninger Studenten team voor de tweede achtereenvolgende keer de Nederlandse amateurcompetitie te winnen. Dus alle studenten komen, in de hoop goed te kunnen spelen naar Groningen. En alle Groningers in diaspora zijn blij en heffen het glas. Het haalt de UK, we stijgen weer een plekje op de Boem-is Ho ranglijst en Nieboer mag blijven.
De vrouwen maken nu hun eigen April Madness mee. Het is enorm knokken voor een plekje bij the Final Four van diezelfde promotiedivisie. Elke wedstrijd, tot en met de laatste op 23 april, is een finale en dan komt die apotheose nog, hopelijk. Dat wordt dan May Madness maar we hebben geen tijd om zover vooruit te blikken.
Gelukkig hebben we ons al geplaatst voor de Europese Universitaire Kampioenschappen in Zagreb in juli. En voor die kampioenschappen plaats je je als Studentenkampioen van Nederland. En dat is dit jaar in juni. Hier in Groningen. June Madness. Er zijn nog kaarten voor.
RE
English Summary:
In the USA March Madness is over. Here is Madness too. Basketball is important for international rankings. Basketball-coaches deserve to get paid better.

dinsdag, april 12, 2016

The final six

#TEAMPUNTENGESPEELDDOELSALDO
1EBV Baros DS 12418164
2Almonte DS 12418138
3De Groene Uilen DS 12218138
4U.S. DS 12219148
5Solar systemen-Grasshoppers DS 222192
6DAS DS 1201851
7Green Eagles DS 1819-329
8Cangeroes DS 1619-312

Het basketballseizoen 15-16 loopt op z'n eind. March Madness is voorbij,  in de NBA wordt het playoff plaatje duidelijker en ook bij ons waren en slachtingen en upsets,  maar in de vrouwen promotiedivisie is het nog steeds ongelooflijk spannend.
Er moeten nog in totaal 10 wedstrijden gespeeld worden en dat worden allemaal finales. Niks geen kleine negertjes. Ook de twee teams op beslissende achterstand kunnen ook steeds hun rol nog spelen in de uitkomst. Wie van de Final Six overblijven voor de Final Four wordt niet eerder dan in het laatste weekend beslist en daarna? Dan kan er nog steeds van alles gebeuren.
En het is al zo'n gek seizoen. Het is dat Baros al een poosje bovenaan staat, daaronder golft het en beuken de teams op elkaar in. En ook Baros komt niet ongeschonden uit de storm.
Van de Sweet Six lijkt nu Almonte niet zozeer de beste papieren te hebben, als wel de beste versnelling te draaien. De ploeg uit Eindhoven is nu al 8 wedstrijden achter elkaar steeds boven komen drijven. Maar ook Uilen en Grasshoppers hebben hun draai beter gevonden in de tweede seizoenshelft, terwijl DAS en ook US het juist iets moeilijker lijken te hebben.
Dit weekend gaat het beuken verder waarbij vooral de dubbele inspanning van zowel Almonte als de Groene Uilen de uitwerking op de stand niet zal missen. Maar na dit weekend?
Ik kan haast geen scenario bedenken waarin de final six al tot final four zijn gereduceerd. De promotie divisie doet haar naam weer eer aan.